Psalm 40 vers 2-11 -8-: Over wonderen gesproken
Vertrouwen op Gods genade
Een psalm van David, voor de koorleider.
Lang heb ik de HEERE verwacht,
en Hij boog Zich naar mij toe en hoorde mijn hulpgeroep.
Hij beurde mij op uit een kuil vol kolkend water,
uit modderig slijk;
Hij zette mijn voeten op een rots
en maakte mijn schreden vast.
Hij legde mij een nieuw lied in de mond,
een lofzang voor onze God.
Velen zullen het zien en vrezen,
en op de HEERE vertrouwen.
Welzalig de man
die op de HEERE zijn vertrouwen stelt,
en zich niet wendt tot wie hoogmoedig zijn
of afdwalen naar leugen.
HEERE, mijn God, veel zijn Uw wonderen, die Ú hebt gedaan,
en Uw gedachten, die U over ons hebt.
Men kan ze voor U niet uiteenzetten.
Zou ik ze verkondigen en uitspreken,
dan zijn ze zó machtig veel dat ik ze niet kan tellen.
U hebt geen vreugde gevonden in slachtoffer en graanoffer,
U hebt Mijn oren doorboord;
brandoffer en zondoffer
hebt U niet geëist.
Toen zei Ik: Zie, Ik kom,
in de boekrol is over Mij geschreven.
Ik vind er vreugde in, Mijn God, om Uw welbehagen te doen;
Uw wet draag Ik diep in Mijn binnenste.
Ik breng de blijde boodschap van de gerechtigheid
in de grote gemeente;
zie, mijn lippen belet ik niet.
Ú, HEERE, weet het!
Uw gerechtigheid verberg ik niet diep in mijn hart,
Uw waarheid en Uw heil verkondig ik.
Uw goedertierenheid en Uw trouw verzwijg ik niet
in de grote gemeente.
Psalm 40 vers 2-11 -8-
Over wonderen gesproken
Ik weet niet hoe het jou vergaat, maar het komt bij mij nogal eens voor dat ik mijzelf er op betrap dat ik min of meer gedachteloos de Bijbel lees. Ik bedoel, dat ik niet werkelijk tot mij door laat dringen wat ik lees. Bij wijze van spreken niet voldoende proef wat de woorden zeggen. Want zeg nou zelf, als we vanmorgen stilstaan bij de woorden:
HEERE, mijn God, veel zijn Uw wonderen, die Ú hebt gedaan,
en Uw gedachten, die U over ons hebt.
Men kan ze voor U niet uiteenzetten.
Zou ik ze verkondigen en uitspreken,
dan zijn ze zó machtig veel dat ik ze niet kan tellen.
Moeten we dan niet eigenlijk sprakeloos en vol verwondering en dankbaarheid zijn. David maakt het heel persoonlijk in de Psalm en spreekt over mijn God. En dan zegt hij: veel zijn Uw wonderen. En dan zegt het Hebreeuws niet ‘veel’ zoals we gelezen hebben, maar ‘overvloedig’ zijn uw wonderen en voor wonderen wordt dan een woord gebruikt dat omschreven kan worden als een wonderbaarlijke actie die laat zien dat iemand kan.
Ik moet alleen maar even denken aan de geschiedenis van Elia op de Karmel, waar nota bene 450 priesters van Baal uren achtereen rondom het altaar schreeuwen om een antwoord van Baal het hun lichaam bewerken met zwaarden en speren totdat het bloed over hen heen stroomde en zij in geestvervoering raakten maar uiteindelijk tot de conclusie komen:
Er kwam geen stem en er was niemand die antwoordde; er kwam geen teken van leven.
En dan vervolgt de tekst:
Elia nam twaalf stenen, overeenkomstig het getal van de stammen van de zonen van Jakob, tot wie het woord van de HEERE was gekomen: Israël zal uw naam zijn.
Hij bouwde met die stenen het altaar in de Naam van de HEERE. Vervolgens maakte hij een geul rondom het altaar, met een omvang van twee maten.
Hij schikte het hout, verdeelde de jonge stier in stukken en legde die op het hout.
Toen zei hij: Vul vier kruiken met water en giet het uit over het brandoffer en over het hout. En hij zei: Doe dat voor de tweede maal, en zij deden het voor de tweede maal. Verder zei hij: Doe het voor de derde maal, en zij deden het voor de derde maal.
Het water liep rondom het altaar, en ook vulde hij de geul met water.
En het gebeurde, toen men het graanoffer bracht, dat de profeet Elia naar voren kwam en zei: God van Abraham, Izak en Israël, laat het heden bekend worden dat U God bent in Israël, en ik Uw dienaar, en dat ik al deze dingen overeenkomstig Uw woord heb gedaan.
Antwoord mij, HEERE, antwoord mij, zodat dit volk weet dat U, HEERE, de ware God bent, en dat U hun hart tot inkeer gebracht hebt.
Toen viel er vuur van de HEERE neer, verteerde het brandoffer, het hout, de stenen en het stof. Zelfs het water in de geul likte het op.
Hier zijn we dus getuige van zo’n wonderbaarlijke actie die laat zien wat Iemand met een hoofletter kan. Wij hebben een God Die met alle eerbied gesproken niet maar een beetje in de kantlijn ons ons leven aan het rommelen is, maar met de God van Israel, nota bene de Schepper van Hemel en Aarde. Hij die jou en mij ontworpen heeft. Laatst was ik met mijn kleinzoon Aron van 11 jaar in Corpus in Leiden waar je als het ware door het lichaam loopt en wat kom je dan weer onder de indruk hoe wonderlijk de Heere ons lichaam ontworpen heeft. En de God van de Karmel leeft nog steeds ook vandaag.
En dan komt David tot de conclusie wanneer hij daaraan denkt:
HEERE, mijn God, veel zijn Uw wonderen, die Ú hebt gedaan,
en Uw gedachten, die U over ons hebt.
Men kan ze voor U niet uiteenzetten.
Zou ik ze verkondigen en uitspreken,
dan zijn ze zó machtig veel dat ik ze niet kan tellen.
Als dat geen zegen is.
Klik hier om naar de uitzending te luisteren