Psalm 22 -9-:  Over het loven van JHWH gesproken
09/09/2020

Psalm 22 -9-: Over het loven van JHWH gesproken

Passage: Psalm 22

Woensdag 10 september Psalm 22 -9-

Gebed in aanvechting

Een psalm van David, voor de koorleider, op ‘De hinde van de dageraad’.

Mijn God, mijn God, waarom hebt U mij verlaten,
bent U ver van mijn verlossing, van de woorden van mijn jammerklacht?

Mijn God, ik roep overdag, maar U antwoordt niet,
en ’s nachts, maar ik vind geen stilte.

Maar U bent heilig,
U troont op de lofzangen van Israël.

Op U hebben onze vaderen vertrouwd,
zij hebben vertrouwd en U hebt hen bevrijd.

Tot U hebben zij geroepen en zij zijn gered,
op U hebben zij vertrouwd en zij zijn niet beschaamd.

Maar ik ben een worm en geen man,
een smaad van mensen en veracht door het volk.

Allen die mij zien, bespotten mij;
zij trekken de lippen op, zij schudden het hoofd en zeggen:

Hij heeft zijn zaak op de HEERE gewenteld – laat Die hem bevrijden!
Laat Die hem redden, als Hij hem genegen is.

U bent het toch Die mij uit de buik hebt getrokken,
Die mij vertrouwen gaf, toen ik aan mijn moeders borst lag.

Op U ben ik geworpen van de baarmoeder af,
vanaf de moederschoot bent U mijn God.

Blijf dan niet ver van mij, want de nood is nabij;
er is immers geen helper.

Vele stieren hebben mij omringd,
sterke stieren van Basan hebben mij omsingeld.

Zij hebben hun muil tegen mij opengesperd
als een verscheurende en brullende leeuw.

Als water ben ik uitgestort,
ontwricht zijn al mijn beenderen;
mijn hart is als was,
het is gesmolten diep in mijn binnenste.

Mijn kracht is verdroogd als een potscherf,
mijn tong kleeft aan mijn gehemelte;
U legt mij in het stof van de dood,

Want honden hebben mij omsingeld,
een horde kwaaddoeners heeft mij omgeven;
zij hebben mijn handen en mijn voeten doorboord.

Al mijn beenderen zou ik kunnen tellen;
en zij, zij zien het aan, zij kijken naar mij.

Zij verdelen mijn kleding onder elkaar
en werpen het lot om mijn gewaad.

Maar U, HEERE, blijf niet ver weg;
mijn sterkte, kom mij spoedig te hulp.

Red mijn ziel van het zwaard,
mijn eenzame ziel van het geweld van de hond.

Verlos mij uit de muil van de leeuw
en van de hoorns van de wilde ossen.
Ja, U hebt mij verhoord.

Ik zal Uw Naam mijn broeders vertellen,
in het midden van de gemeente zal ik U loven.

U die de HEERE vreest, loof Hem;
alle nakomelingen van Jakob, vereer Hem;
wees bevreesd voor Hem, alle nakomelingen van Israël.

Want Hij heeft de ellendige in zijn ellende
niet veracht en niet verafschuwd;
Hij heeft Zijn aangezicht niet voor hem verborgen,
maar Hij heeft gehoord, toen hij tot Hem riep.

Van U zal mijn lof zijn in een grote gemeente,
mijn geloften zal ik nakomen in bijzijn van wie Hem vrezen.

De zachtmoedigen zullen eten en verzadigd worden;
wie de HEERE zoeken, zullen Hem loven.
Uw hart zal voor eeuwig leven.

Alle einden der aarde
zullen eraan denken en zich tot de HEERE bekeren:
alle geslachten van de heidenvolken
zullen zich voor Uw aangezicht neerbuigen.

Want het koningschap is van de HEERE,
Hij heerst over de heidenvolken.

Alle groten groten der aarde
zullen eten en zich neerbuigen.

Allen die in het stof neerdalen
en hun ziel niet in het leven kunnen behouden,
zullen voor Zijn aangezicht neerbukken.

Het nageslacht zal Hem dienen,
en aan de Heere toegeschreven worden tot in generaties.

Zij zullen komen en Zijn gerechtigheid verkondigen
aan het volk dat geboren zal worden,
want Hij heeft het gedaan.

Psalm 22 -9-

Over het loven van JHWH gesproken
Wij, als christenen van deze eeuw denken vaak dat er in de uitleg van een Schriftwoord slechts een uitleg dé Waarheid met een hoofdletter kan zijn. Bij voorkeur natuurlijk de uitleg die wij aan het Woord geven.

Het Hebreeuws denken leert ons er echter anders naar te kijken. Zo hebben we in de afgelopen afleveringen gezien dat Psalm 22 niet alleen over David gaat, maar ook de geschiedenis van koning Esther betreft, maar ook weer de geschiedenis van Israel in de ballingschap beschrijft. En een andere waarheid is weer dat Psalm 22 gaat over de werkelijke Balling, Jezus Christus, de Messias, die voor jou en voor mij aan het kruis werd genageld. Wat hebben we toch eigenlijk een rijk woord van God. Het is als een diamant die, wanneer we het van meerdere kanten bekijken welke keer weer een andere kleur laat zien.

In deze aflevering wil ik een begin maken met het tweede gedeelte van de psalm. Het gedeelte dat spreekt over de verlossing die de dichter van de psalm ervaart. Want het blijft niet kommer en kwel in het leven van de dichter, want we hoorden Hem al zeggen:

Want Hij heeft de ellendige in zijn ellende
niet veracht en niet verafschuwd;
Hij heeft Zijn aangezicht niet voor hem verborgen,
maar Hij heeft gehoord, toen hij tot Hem riep.

Inderdaad, David kreeg vrede, de ballingen kwamen thuis, het gebed van Ester werd verhoord en Christus, de Messias werd verhoogd en stond op uit de dood. Hallelujah zou ik zeggen! De dood is overwonnen. Ook voor jou!

De omslag van klacht naar het loven van de HEERE is in de psalm enorm. Hij begint hier als voortrekker van zijn familie en gemeenschap de HEERE in alle toonaarden te loven en te prijzen. Het is de reactie op de benauwdheid die uit uitgestort heeft in zijn gebed. De dichter ervaart JHWH zo sterk dat hij die ervaring niet voor zich kan houden. Wij zouden zeggen: Waar het hart vol van is, daar loopt de mond van over. Hij maakt anderen deelgenoot van de verlossing die hij ervaren heeft. Hij vertelt het zijn familie, maar dat niet alleen: de hele gemeenschap van Israel moet er aan geloven.

Ik zal Uw Naam mijn broeders vertellen, in het midden van de gemeente zal ik U loven.

En hij roept ze niet alleen maar om toeschouwer of hoorder van deze boodschap te zijn, maar zelf ook mee te doen!

U die de HEERE vreest, loof Hem;
alle nakomelingen van Jakob, vereer Hem;
wees bevreesd voor Hem, alle nakomelingen van Israël.

Hij trekt zijn geloofsgenoten er als het ware met de oren bij, zij die de HEERE vrezen, of met andere woorden eerbiedig vereren, maar ook de nakomelingen van Jacob en van Israel!

Dat is eigenlijk wat! Maar ja, ’t was ook niet niks uit welke vreselijke situatie de dichter is verlost. Dan wil je het toch wel, bij wijze van spreken van de daken schreeuwen wanneer je daaruit verlost bent!? Toch?

Mag ik eens een bevindelijke vraag stellen? Je voelt het al aankomen zeker. Ben jij ook zo onvoorstelbaar, onvoorstelbaar, onvoorstelbaar bij dat je verlost bent van notabene een gewisse eeuwige dood? Roep jij het ook je familie in alle toonaarden toe en roep je hen ook om de HEERE uit volle borst te loven en te prijzen voor de verlossing die Hij heeft aangebracht!

En dat niet alleen, maar roep je ook je soms ietwat in slaap gevallen gemeenteleden op om hetzelfde te doen? En de mensen in je plaatselijke gemeente, de straat waarin je woont, ja zelfs je volksgenoten, zoals de dichter van de psalm.

Of zeg je: doe effe normaal. Dan doen we al gek genoeg…

Het is nog geen week een brief verstuurde waarin we meer dan 700 adressen op hoogte brachten, en nu citeer ik

‘van een initiatief waarbij we urgentie ervaren. Een Kairosmoment in deze tijd. In de periode van 18 t/m 28 september aanstaande zal er een wereldwijde oproep tot bekering, verootmoediging middels vasten en gebed zijn.

Het initiatief is begonnen in de Verenigde Staten, maar heeft nu al een unieke uitwerking; nog niet eerder in de geschiedenis wordt er zo massaal gereageerd om zich aan te sluiten. Meer dan 600.000 kerken hebben nu al aangegeven mee te doen. De Gemeente van Jezus Christus lijkt te beseffen dat we in een belangrijk tijdsgewricht leven, een kantelpunt in de geschiedenis, dat nadrukkelijk vraagt om serieus en krachtig gebed.

In Nederland wordt het alsmaar duidelijker dat we afstand hebben genomen van de God van Abraham, Izaäk en Jacob. We zijn de Rots vergeten waarop ook dit land is gebouwd. De Heilige Geest spoort ons aan om ons hiervan te bekeren. Bekeren van de toenemende goddeloosheid, de secularisatie die doorgesijpeld is in de kerk en harten van ons als Westerse gelovigen. Juist nu in coronatijd is duidelijk geworden waar we ons geloof op gebouwd hebben en blijkt waar het voor ons werkelijk om draait. Ook in onze kerken is er veel aandacht voor de buitenkant, maar God kijkt naar het hart. Hij is bezig alles af te pellen wat Zijn glorie in de weg staat. Als Nederland maar ook als kerk staan we dus voor de keuze: bekering van een heilloze weg of oordeel waar de Bijbel over spreekt dat die zal beginnen bij het Huis Gods.

Laten we als kerk van Nederland ingaan op de oproep van verootmoediging zoals beschreven in 2 Kronieken 7 vers 14, waar we lezen:

en Mijn volk, waarover Mijn Naam is uitgeroepen, in ootmoed buigt en bidt, en zij Mijn aangezicht zoeken, en zij zich bekeren van hun slechte wegen, dan zal Ík vanuit de hemel horen, hun zonden vergeven en hun land genezen.

We nodigen u uit om in uw eigen plaats samen te komen om te bidden en te verootmoedigen van 18 t/m 28 september waarbij zaterdag 26 september een specifieke gezamenlijke gebedsdag zal zijn. Er zullen op verschillende locaties in ons land samenkomsten worden georganiseerd. Een update zal worden vermeld op de website en er zal ook live-streaming vanuit verschillende plaatsen zijn.

Doet u mee? Als u hier ook bij betrokken wilt worden, registreert u zich via de website www.de-terugkeer.nl of neem met ons contact op.

Einde citaat.

De statistiek van de verzonden brief zegt me vandaag het volgende:

719 e-mails werden verzonden
590 werden er afgeleverd
129 werden gebounced
223 geadresseerden openden de mail tot oproep en gebed
9 geadresseerden klikten op de link naar de website
22 geadresseerden meldden zich af
Slechts 1 geadresseerde reageerde op de oproep door mee te delen dat de agenda van de kerk al zo vol stond.

Dat is de situatie van kerkelijk Nederland anno 2020 in Coronatijd.

En toch, wil ik je oproepen, misschien wel tegen beter weten in mee te doen, misschien wel te beginnen bij vandaag om in alle vrijmoedigheid

Zijn Naam je broeders vertellen,
in het midden van de gemeente de HEERE te loven.

U die de HEERE vreest, loof Hem;
alle nakomelingen van Jakob, vereer Hem;
wees bevreesd voor Hem, alle nakomelingen van Israël.

Want Hij heeft de ellendige in zijn ellende
niet veracht en niet verafschuwd;
Hij heeft Zijn aangezicht niet voor hem verborgen,
maar Hij heeft gehoord, toen hij tot Hem riep.

Als dat geen zegen is…

Reactie verzenden

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Reactie verzenden

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

EN / NL/ עב