Psalm 119 vers 9 – 12: Over hoop gesproken
Klik hieronder om naar de uitzending te luisteren:
Psalm 119: 9-12
Waarmee houdt een jongeman zijn pad zuiver?
Als hij dat bewaart overeenkomstig Uw woord.
Ik zoek U met heel mijn hart,
laat mij van Uw geboden niet afdwalen.
Ik heb Uw belofte in mijn hart opgeborgen,
opdat ik tegen U niet zondig.
Geloofd zij U, HEERE,
leer mij Uw verordeningen.
Psalm 119 vers 9 – 12
Over hoop gesproken
Tsja, het is misschien wel de vraag van ieder mens die de Heere God kent. De vraag die de dichter hier stelt aan de jongeren. Maar die betrekking heeft op elke leeftijdsfase.
Ik weet niet hoe het jou vergaat, maar het is in mijn leven steeds weer een terugkerende vraag. Steeds wanneer je met de gebrokenheid van je leven geconfronteerd wordt. Dat je er achter komt dat je weer in de fout gegaan bent. Ondanks dat je genade gevonden hebt. In situaties wanneer je tot de conclusie komt dat je nog niet volmaakt bent. Dat je nog onderweg bent. Op de levensweg waarin je soms struikelt. En weer plat op je gezicht gegaan bent. En op moet staan. Of misschien beter gezegd: Wanneer je weer opgeraapt wordt.
De dichter van de Psalm is er heel eerlijk in, wanneer hij zegt: Laat mij van uw geboden, of breder gezien Uw Woord, niet afdwalen. Dwalen, als een schaap dat de Herder niet in het oog houd. En weer gevonden moet worden door de Herder. Adam, mens, waar ben je…
Maar de dichter weet ook het antwoord op de door hemzelf gestelde vraag. Hij moet terug naar het Woord van God. Hem zoeken met je hele, en ik zeg het nog een keer, met je hele hart. Want, Hij laat Zich vinden…
De schrijver van de Psalm benadrukt zijn relatie, de omgang met de HEERE die hij zoekt met een onverdeeld hart. Helemaal gericht op de HEERE. Het betreft niet zozeer zijn emotionele leven, maar zijn wilsbesluit om Gods geboden, Zijn Woord te onderhouden.
Het eerste van alle geboden is: Luister, Israël! De Heere, onze God, de Heere is één En u zult de Heere, uw God, liefhebben met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand en met heel uw kracht. Dit is het eerste gebod.En het tweede, hieraan gelijk, is dit: U zult uw naaste liefhebben als uzelf. Er is geen ander gebod groter dan deze.
De dichter gaat verder in de Psalm met de woorden:
Ik heb Uw belofte in mijn hart opgeborgen, opdat ik tegen U niet zondig.
Gods beloften en uitspraken heeft de dichter verborgen in zijn hart, zijn innerlijk, zodat zijn gedachten en beslissingen daardoor gevormd worden en in zijn leven zichtbaar worden. Wanneer wij ons verdiepen, of met andere woorden zoals een boom wortelen in het Woord van God houd ons dat bij de zonde vandaan.
In Spreuken 2 lezen we daarover:
in je hart zal wijsheid komen en kennis zal aangenaam zijn voor je ziel. Bedachtzaamheid zal over jou waken, inzicht zal je beschermen, om je te redden van de verkeerde weg,
De schrijver van de Psalm beseft dat zonde altijd tegen God gericht is en dat hij daardoor faalt in zijn relatie met de HEERE God.
Vervolgens richt de dichter zicht heel persoonlijk tot de HEERE God als hij zegt:
Geloofd zij U, HEERE, leer mij Uw verordeningen.
Of zoals een andere vertaling zegt: Geprezen, zij U, HEERE! Het is een uitroep van aanbidding.
Tsja, dat is altijd weer het mooie en het rijke van het Woord van God. Want Hij is Liefde. Er is altijd weer een nieuw begin. Er is altijd weer een uitweg. Er is altijd weer een nieuwe dag. Een nieuw begin.
Hij laat Zijn schepping niet in de steek. Hoe donker de nacht ook geweest is. Hoe donker je leven er misschien uitgezien heeft. Of misschien wel nog ziet. Er is altijd weer een nieuwe dag. Een dag waarin het Licht wordt. Een dag van hoop!
DELEN
[Sassy_Social_Share]