Over het G-oddelijk ja, maar gesproken
18/10/2021

Over het G-oddelijk ja, maar gesproken

Klik hieronder om naar de uitzending te luisteren:

G’d is de Allerhoogste

1 De HEERE regeert, laat de aarde zich verheugen
en vele kustlanden zich verblijden.

2 Wolken en donkerheid zijn rondom Hem,
gerechtigheid en recht zijn het fundament van Zijn troon.

3 Vuur gaat voor Zijn aangezicht uit
en zet rondom Zijn tegenstanders in vlam.

4 Zijn bliksemflitsen verlichten de wereld,
de aarde ziet ze en beeft.

5 De bergen smelten als was
voor het aangezicht van de HEERE,
voor het aangezicht van de Heere van heel de aarde.

6 De hemel verkondigt Zijn gerechtigheid
en alle volken zien Zijn heerlijkheid.

7 Beschaamd moeten zijn allen die beelden dienen
en zich op de afgoden beroemen.
Buig u voor Hem neer, alle Goden.

8Sion heeft het gehoord en zich verblijd,
de dochters van Juda hebben zich verheugd
vanwege Uw oordelen, HEERE.

9Want U, HEERE, bent de Allerhoogste over de hele aarde,
U bent zeer hoog verheven boven alle Goden.

10U die de HEERE liefhebt, haat het kwade.
Hij bewaart de ziel van Zijn gunstelingen,
Hij redt hen uit de hand van de goddelozen.

11Licht is gezaaid voor de rechtvaardige
en blijdschap voor de oprechten van hart.

12Rechtvaardigen, verblijd u in de HEERE;
loof Hem ter gedachtenis aan Zijn heiligheid.

Over het G-oddelijk ja, maar gesproken
Vandaag wil ik met u nadenken over vers 11:
Licht is gezaaid voor de rechtvaardige
en blijdschap voor de oprechten van hart.
Dit soort teksten tillen je bij het aanhoren op. Vindt u ook niet? Het spreekt over licht en blijdschap. Iedereen wil toch in het licht leven en blij zijn?

En de Eeuwige roept ons vanmorgen toe:
Licht is gezaaid voor de rechtvaardige
en blijdschap voor de oprechten van hart.

Ik weet het nu hoe het u vergaat, maar soms denk ik wel eens dat degenen die de HEERE liefhebben, vaak de onderliggend partij in deze wereld zijn. Dat de mensen die G’d niet kennen het hier voor het zeggen lijken te hebben.

Zoals geschreven staat: Want omwille van U worden wij de hele dag gedood, wij worden beschouwd als slachtschapen.

Maar ook, nu evenals in de vorige uitzending is er sprake van een G-oddelijk maar…

Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem Die ons heeft liefgehad.

Want ik ben ervan overtuigd dat noch dood, noch leven, noch engelen, noch overheden, noch krachten, noch tegenwoordige, noch toekomstige dingen, noch hoogte, noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde van God in Christus Jezus, onze Heere.

Licht is gezaaid voor de rechtvaardige en blijdschap voor de oprechten van hart. Amen?

Dit zijn de woorden van de Eeuwige. Hij die niet liegen kan. Maar de tegenstander wil oons vaak iets anders doen geloven. Maar lieve luisteraars, we zijn meer dan overwinnaars.

In de voorbereiding vanmorgen kwam ik terecht bij Spreuken 11. Daar spreekt de Grote Dichter, van alle Woord is door Hem geinspireerd het volgende. Als of Hij het vermorgen ons in herinnering wil roepen wat de werkelijke waarheid is, hoe het werkelijk zit.

Boven dit gedeelte hebben de vertalers gezet: Het geluk van de vromen en het ongeluk van de kwaaddoeners. Iver de kwaaddoeners hebben we het een paar afleveringen eerder gehad. En laten we ook tijdens het lezen blijven beseffen dat we niemand, maar dan ook niemand er ovoor o ver hebben dat hij verloren gaat, want G’-d wil dat alle mensen, tot erkentenis van de Waarheid komen.

1 Een bedrieglijke weegschaal is voor de HEERE een gruwel,
maar een zuivere weegsteen is Hem welgevallig.

2 Komt overmoed, dan komt ook schande,
maar bij de ootmoedigen is wijsheid.

3 De oprechtheid van de oprechten leidt hen,
maar de verkeerdheid van de trouwelozen verwoest henzelf.

4 Bezit baat niet op de dag van de verbolgenheid,
maar gerechtigheid redt van de dood.

5 De gerechtigheid van de oprechte maakt zijn weg recht,
maar de goddeloze komt ten val door zijn eigen goddeloosheid.

6 De gerechtigheid van de oprechten zal hen redden,
maar de trouwelozen worden gevangen in hun eigen begeerten.

7 Als de goddeloze mens sterft, vergaat zijn hoop,
dan vergaat zelfs de allersterkste verwachting.

8 De rechtvaardige wordt uit benauwdheid gered,
maar de goddeloze komt in zijn plaats.

9De huichelaar richt zijn naaste met zijn mond te gronde,
maar door kennis worden de rechtvaardigen gered.

10Een stad springt op van vreugde over de welstand van de rechtvaardigen,
maar als de goddelozen vergaan, is er gejuich.

11Door de zegen van de oprechten wordt een stad verheven,
maar door de mond van goddelozen wordt ze met de grond gelijkgemaakt.

12Wie zonder verstand Letterlijk: zonder hart. is, veracht zijn naaste,
maar iemand met inzicht zwijgt.

13Wie al lasterend zijn weg gaat, openbaart geheimen,
maar wie betrouwbaar van geest is, bedekt een zaak.

14 Als er geen wijze raad is, komt een volk ten val,
maar er komt verlossing door een veelheid van raadgevers.

15Wie borg is voor een vreemde, zal het beslist slecht vergaan,
maar wie handslag haat, leeft veilig.

16Een bevallige vrouw houdt vast aan haar eer,
zoals geweldplegers vasthouden aan hun rijkdom.

17Een goedertieren mens doet zijn eigen ziel goed,
maar een meedogenloze stort zijn eigen vlees in het ongeluk.

18De goddeloze doet een bedrieglijk werk,
maar wie gerechtigheid zaait, oogst betrouwbaar loon.

19Ware gerechtigheid is ten leven,
najagen van kwaad leidt tot de dood.

20De verkeerden van hart zijn voor de HEERE een gruwel,
maar de oprechten van weg zijn Hem welgevallig.

21 Hand op hand: een kwaaddoener zal niet voor onschuldig gehouden worden,
maar het nageslacht van rechtvaardigen zal ontkomen.

22Een mooie vrouw zonder inzicht Letterlijk: die afwijkt van inzicht.
is een gouden ring in een varkenssnuit.

23Het verlangen van rechtvaardigen is alleen het goede,
maar de hoop van goddelozen is verbolgenheid.

24Er zijn er die mild uitdelen en nog meer ontvangen,
en er zijn er die meer inhouden dan rechtmatig is, maar het is tot gebrek.

25 Een zegenende ziel wordt verzadigd,
en wie te drinken geeft, die zal ook te drinken krijgen.

26Het volk vervloekt wie hun koren onthoudt,
maar zegening rust er op het hoofd van wie het verkoopt.

27Wie het goede nastreeft, zoekt welgevallen,
maar wie het kwade najaagt, die zal het overkomen.

28Wie op zijn rijkdom vertrouwt, die zal ten val komen,
maar de rechtvaardigen zullen groeien als loof.

29Wie zijn huis in het ongeluk stort, zal wind erven,
en de dwaas zal een slaaf zijn van wie wijs is van hart.

30De vrucht van de rechtvaardige is een boom des levens,
en wie zielen vangt, is wijs.

31Zie, een rechtvaardige krijgt vergelding op aarde,
hoeveel te meer de goddeloze en de zondaar!

En dan voeg ik er vanmorgen maar aan toe:
Licht is gezaaid voor de rechtvaardige en blijdschap voor de oprechten van hart

IK wens u vandaag veel licht en blijdschap toe, want inderdaad

Als dat geen zegen is.

[Sassy_Social_Share]

Reactie verzenden

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Reactie verzenden

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

EN / NL/ עב