We lezen Deuteronomium 7:12-11:25. Uit de Haftarah lezen we Jesaja 49:14-51:3 en we lezen Hebreeën 11:8-13.

Het Hebreeuwse woord eqebh עֶקֶב betekent in principe omdat, maar in dit geval betekent het áls: ‘Als jullie gehoorzamen, dan….’ Het woord betekent ook nog beloning: ‘In het houden van Gods geboden ligt een beloning (Psalm 19:12)׳ en dat wordt hier in Deuteronomium dan ook bedoeld door God.  Hij houdt het volk zegen en vloek voor.

Zegen is het woord birékh בִּרֵך, wat betekent verdubbelen, vermeerderen en zo zegt God dan ook dat de opbrengst van het land- en ook dat het vee- zal vermeerderen wanneer het volk doet wat Hij geboden heeft.

Het woordje alle is in die eerste verzen opvallend: ‘Gezegend zult u zijn boven alle volken; Ik zal alle krankheden van u afweren; Ik zal ze leggen op allen die u haten.’ Geen uitzonderingen!

Luister je weer mee?

Shalom,

Presentatie: Karen Strijker

EN / NL/ עב