Psalm 68 -10-: Over zegen gesproken
Klik hieronder om naar de uitzending te luisteren:
Geloofd zij de Heere;
dag aan dag overlaadt Hij ons.
Die God is onze zaligheid. Sela
Psalm 68 -10-
Over zegen gesproken
Dit vers volgt op de voorgaande verzen die ik nog even in de herinnering roep:
De strijdwagens van God zijn tweemaal tienduizend, ontelbare duizenden.
De Heere is bij hen, een Sinaï in heiligheid.
U bent opgevaren naar omhoog, U hebt gevangenen weggevoerd,
U hebt gaven genomen om uit te delen onder de mensen,
ja, ook aan opstandigen: om bij U te wonen, HEERE God!
En dan vervolgt de tekst met de lofzang op de Heere, Adonay met de woorden:
Geloofd zij de Heere;
dag aan dag overlaadt Hij ons.
Die God is onze zaligheid. Sela
De dichter van de Psalm roept: Geloofd zij de Heere. Het zijn overbekende woorden waar we vaak gedachteloos overheen lezen. Maar hoe doe je dat? Het Hebreeuwse woord voor ‘loven’ is ‘barak’ en ik heb de betekenis van dit woord er eens op nagezocht. Het betekent namelijk ‘knielen’. Knielen; impliciet om God te zegenen (als een daad van aanbidding).
In sommige kringen zijn we gewend om wanneer we de Heere loven in onze liederen op te staan en om onze handen omhoog te steken. In andere kringen blijven we weer zitten op de stoel of in de bank, maar werkelijk de Heere loven blijkt een houding te zijn waarin wij ons vernederen en op de knieën gaan. Knielen is een houding van verering van de ander.
Ik heb dat zelf een keer meegemaakt tijdens een dienst in een gemeente waarin tijdens een dankstond de mannen voor hun stoel waarop zij eerder zaten op de knieën gingen om te bidden. Ik moet je bekennen dat ik me daar heel ongemakkelijk bij voelde. Maar nu ik vanmorgen er bij bepaald wordt dat het loven van de Heere, letterlijk de Meester, een fysieke vernedering, het knielen voor de Heere betekend, krijgt het woord ‘loven’ een heel andere inhoud voor me. Toch maar eens meer knielen voor Hem misschien?
De reden waarom we Hem zouden loven blijkt overduidelijk in dit vers: Dag aan dag overlaadt Hij ons.
Dag aan dag. Weet je overigens dat het Hebreeuws denken niet zozeer ingedeeld is in weken, maanden en jaren, maar in dagen. We leven daarin niet van week op week en van jaar op jaar, maar elke dag. Daar zit een mooie gedachte achter. De gedachte dat we vandaag ons geen zorgen hoeven maken voor morgen, volgende week, volgend jaar. Maar dat we vandaag de dag mogen beleven. Leven bij de dag dat is de achterliggende gedachte en ik moet je eerlijk bekennen dat dat heel veel ontspanning in je leven geeft. Leven bij de dag is een uitvinding van de Heere God.
Maar in de woorden ‘dag bij dag overlaadt Hij ons zit’ nog een heel andere verrassing verborgen buiten het feit dat het natuurlijk heerlijk is dat we er elke dag niet alleen voor staan, maar dat Hij ons draagt en overlaadt.
En die verrassing zit in het woordje ‘yom’ voor dag. Het Hebreeuwse woord ‘yom’ heeft als wortel ‘heet’. Mag ik het eens zo zeggen: Wanneer het ‘heet’ wordt overlaadt Hij ons met Zijn zegeningen. Wanneer het heet onder onze voeten wordt, wanneer we het lastig hebben in ons leven, wanneer de moeilijkheden op ons af komen, dan overlaadt Hij ons met zijn zegen. Soms ervaren we dat helemaal niet zo, maar toch staat het er klip en klaar. Dag aan dag overlaadt Hij ons.
Mag ik eens een voorbeeld noemen: Hoeveel mensen heb ik al niet in mijn leven gesproken waarvan een geliefde is overleden en die getuigden dat zij juist in de dagen van diepe, diepe rouw moesten ervaren dat zij ervoeren als het ware gedragen werden door de Heere. Juist toen het ‘heet’ werd, was Hij daar.
Maar een andere invulling van het begrip ‘yom’ is van de zonsondergang tot de zonsondergang, zoals de kalender van de Joods er uitziet. Van het moment dat het donker wordt, het weer ‘heet’ wordt, tot het weer ‘donker wordt’, altijd durend, elke ‘yom’ overlaadt Hij ons. Rijke en mooie gedachte, vind je ook niet? Niet volgende week, niet volgende maand, maar elke dag.
Nog even iets over het woord ‘overladen’. Overladen heeft iets overvloedigs in zich. Het tegenovergestelde van karig. En nu is het mooie dat we dit Hebreeuwse woord voor het eerst tegen komen in de geschiedenis met Jozef en zijn broers. Zijn broers zijn bij Jozef voor de eerste keer op bezoek geweest om voedsel te kopen en dan stuurt Jozef hen weg om hun broer op te halen, maar dan worden de ezels van de broers ‘overladen’, met voedsel en hun geld. Wat een prachtig beeld. Jozef die Zijn broers zegent, overlaadt met zegeningen. Zo was het toen, zo is het nu in ons leven wanneer we de Heere kennen. Hij heeft ons, U, jou en mij niet karig gezegend, maar Hij heet ons gezegend met ALLE geestelijke zegeningen lezen we in Efeze. Weet je, we beseffen niet half hoe gezegend wij zijn, Hij heeft ons, ezels die we vaak zijn, werkelijk overladen, luister maar eens:
Gezegend zij de God en Vader van onze Heere Jezus Christus, Die ons gezegend heeft met alle geestelijke zegen in de hemelse gewesten in Christus,
Het Griekse woord “eulogètos” wordt ook wel vertaald met “geprezen” (SV “geloofd”), zoals in 2 Korinthe 1:3 en 1 Petrus 1:3. In dit vers is echter voor het meer letterlijke “gezegend” gekozen. De apostel verwijst hier namelijk naar de woorden van het verbond uit Genesis 22:18: “in uw Nageslacht zullen alle volken van de aarde gezegend worden.”
4 omdat Hij ons vóór de grondlegging van de wereld in Hem uitverkoren heeft, opdat wij heilig en smetteloos voor Hem zouden zijn in de liefde.
5Hij heeft ons voorbestemd om als Zijn kinderen aangenomen te worden, door Jezus Christus, in Zichzelf, overeenkomstig het welbehagen van Zijn wil,
6tot lof van de heerlijkheid van Zijn genade, waarmee Hij ons begenadigd heeft in de Geliefde.
7 In Hem hebben wij de verlossing, door Zijn bloed, namelijk de vergeving van de overtredingen, overeenkomstig de rijkdom van Zijn genade,
8die Hij ons overvloedig geschonken heeft, in alle wijsheid en bedachtzaamheid,
9toen Hij ons, overeenkomstig Zijn welbehagen, dat Hij in Zichzelf voorgenomen had, het geheimenis van Zijn wil bekendmaakte,
10 om in de bedeling van de volheid van de tijden alles weer in Christus bijeen te brengen, zowel wat in de hemel als wat op de aarde is.
11In Hem zijn wij ook een erfdeel geworden, wij, die daartoe voorbestemd waren, naar het voornemen van Hem Die alle dingen werkt overeenkomstig de raad van Zijn wil,
12opdat wij tot lof van Zijn heerlijkheid zouden zijn, wij, die al eerder onze hoop op Christus gevestigd hadden.
13In Hem bent ook u, nadat u het Woord van de waarheid, namelijk het Evangelie van uw zaligheid, gehoord hebt; in Hem bent u ook, toen u tot geloof kwam, verzegeld met de Heilige Geest van de belofte,
14Die het onderpand is van onze erfenis, tot de verlossing die ons ten deel viel, tot lof van Zijn heerlijkheid.
Als dat geen zegen is.
We gaan luisteren naar het lied: