Psalm 24 -2-: Over de Eigenaar gesproken
Intocht van de HEERE
Een psalm van David.
De aarde is van de HEERE en al wat zij bevat,
de wereld en wie er wonen.
Want Híj heeft haar gegrondvest op de zeeën
en haar vastgezet op de rivieren.
Wie zal de berg van de HEERE beklimmen?
Wie zal staan in Zijn heilige plaats?
Wie rein is van handen en zuiver van hart,
wie zijn ziel niet opheft tot wat vals is, en niet bedrieglijk zweert.
Hij zal zegen ontvangen van de HEERE
en gerechtigheid van de God van zijn heil.
Dat is het geslacht van hen die naar Hem vragen,
die Uw aangezicht zoeken; dat is Jakob. Sela
Hef uw hoofden op, o poorten,
en verhef u, eeuwige deuren,
opdat de Koning der ere binnengaat.
Wie is deze Koning der ere?
De HEERE, sterk en geweldig,
de HEERE, geweldig in de strijd.
Hef uw hoofden op, o poorten,
ja, verhef ze, eeuwige deuren,
opdat de Koning der ere binnengaat.
Wie is Hij, deze Koning der ere?
De HEERE van de legermachten,
Hij is de Koning der ere. Sela
Psalm 24
Over de Eigenaar gesproken
Tsja, ik weet niet hoe je er vandaag bij zit. En wat gisteren met je gedaan heeft. De wetenschap dat je eigenlijk niets hebt, maar het allemaal maar geleend goed blijkt te zijn. Dat je je eigenlijk niet druk hoeft te maken over je eigen opgebouwde koninktijkje want dat de Heere het zomaar kan geven, maar ook maar weer zomaar kan nemen. Want Hij is de Eigenaar.
Job wist er van: De HEERE heeft gegeven, de HEERE heeft genomen. De Naam van de HEERE zij gelooft.
Maar let op, God ontneemt je niets en heeft je gisteren niets ontnomen, maar juist gegeven! Want je had namelijk niets. Het was al van Hem en Hij heeft het allemaal aan jou te leen gegeven. Prachtig toch? Ga er eens op deze manier naar kijken. Gewoon eens proberen vandaag. Ik denk dat het heel veel ontspanning kan geven.
De Bijbel, de Woorden van God, zijn heel consistent, heel eensluidend. Mozes wist het al als hij in Deuteronomium 10 vers 14 schrijft:
Zie, van de HEERE, uw God, is de hemel, ja, de allerhoogste hemel (letterlijk: de hemel der hemelen) aarde en alles wat erop is.
En God doet Zelf aan Zijn volk Israel zijn belofte in Exodus 19 vers 5:
Nu dan, als u nauwgezet Mijn stem gehoorzaamt en Mijn verbond in acht neemt, dan zult u uit alle volken Mijn persoonlijk eigendom zijn, want heel de aarde is van Mij.
En in Psalm 50:
Als Ik honger had, Ik zou het u niet zeggen;
Want van Mij is de wereld en al wat zij bevat.
En als laatste lezen we in 1 Korinthe 10 vers 26:
Van de Heere immers is de aarde en haar volheid.
Het is gebruikelijk om in het Jodendom Bijbelstudie te doen door middel van vragen. Zo jou je de vraag kunnen stellen naar de reden waarom de aarde en de wereld al alles Zijn persoonlijk eigendom zijn.
Daarop geeft Psalm 24 ook antwoord in vers 2:
Want Híj heeft haar gegrondvest op de zeeën
en haar vastgezet op de rivieren.
Waarom is de aarde, de wereld en alles wat daarin is van de HEERE, JaHWeH? Nou, daarom zou ik haast willen zeggen, omdat Hij de wereld en alles wat daarop is gemaakt heeft. Gewoon daarom…!?
De reden is dat God de Schepper, de Eigenaar is. De aarde wordt in dit vers voorgesteld als een bouwsel dat een fundament heeft om vast te staan.
In Psalm 104 horen we de dichter van de Psalm de glorie van De HEERE, JaHWeH bezingen over Zijn schepping. En luister eens met nieuwe aandacht over wat hij te zeggen heeft over de onmetelijke grootsheid van Hem die alles gemaakt heeft. Kom met mij onder de indruk van Zijn Grootsheid!
Loof de HEERE, mijn ziel.
HEERE, mijn God, U bent zeer groot,
U bent met majesteit en glorie bekleed.
Hij hult Zich in het licht als in een mantel,
Hij spant de hemel uit als een tentkleed.
Hij maakt de zoldering van Zijn hemelzalen op de wateren,
maakt van de wolken Zijn wagen,
wandelt op de vleugels van de wind.
Hij maakt Zijn engelen tot hulpvaardige geesten,
Zijn dienaren tot vlammend vuur.
Hij heeft de aarde gegrondvest op zijn fundamenten,
die zal voor eeuwig en altijd niet wankelen.
U had hem met de watervloed als met een gewaad bedekt,
het water stond tot boven de bergen.
Door Uw bestraffing vluchtten ze,
ze haastten zich weg voor het geluid van Uw donder.
De bergen rezen op, de dalen daalden neer
op de plaats die U ervoor bestemd had.
U hebt een grens gesteld, die ze niet zullen overgaan,
ze zullen de aarde nooit meer bedekken.
Hij wijst de bronnen hun loop naar de dalen,
zodat ze tussen de bergen door stromen.
Ze geven alle dieren van het veld te drinken,
de wilde ezels lessen er hun dorst.
Daarbij wonen de vogels in de lucht,
hun stem klinkt tussen de takken.
Hij bevochtigt de bergen vanuit Zijn hemelzalen,
de aarde wordt verzadigd door de vrucht van Uw werken.
Hij doet het gras groeien voor de dieren,
het gewas ten dienste van de mens.
Hij brengt voedsel uit de aarde voort:
wijn, die het hart van de sterveling verblijdt,
olie, die zijn gezicht doet glanzen,
en brood, dat het hart van de sterveling versterkt.
De bomen van de HEERE worden verzadigd,
de ceders van de Libanon, die Hij geplant heeft.
Daar nestelen de vogeltjes,
de cipressen zijn het huis voor de ooievaar.
De hoge bergen zijn voor de steenbokken,
de rotsen zijn een toevluchtsoord voor de klipdassen.
Hij heeft de maan gemaakt voor de vaste tijden,
de zon weet wanneer hij ondergaat.
U brengt de duisternis teweeg en het wordt nacht;
daarin gaan alle dieren in het woud naar buiten.
De jonge leeuwen brullen om een prooi
en verlangen van God hun voedsel.
Wanneer de zon opgaat, trekken ze zich terug
en leggen zich neer in hun holen.
De mens gaat dan op weg naar zijn werk,
naar zijn dienstwerk, tot de avond toe.
Hoe groot zijn Uw werken, HEERE,
U hebt alles met wijsheid gemaakt,
de aarde is vol van Uw rijkdommen .Letterlijk: Uw bezittingen.
Daar ligt de zee, groot en wijd uitgestrekt;
daar leeft krioelend gedierte, niet te tellen,
kleine dieren en grote.
Daar varen de schepen,
daar gaat de Leviathan, die U gevormd hebt
om hem erin te laten spelen.
Zij allen wachten op U,
dat U hun voedsel geeft op zijn tijd.
Geeft U het hun, zij verzamelen het,
doet U Uw hand open, zij worden met het goede verzadigd.
Verbergt U Uw aangezicht, zij worden door schrik overmand,
neemt U hun adem weg, zij geven de geest
en keren terug tot hun stof.
Zendt U Uw Geest uit, dan worden zij geschapen
en vernieuwt U het gelaat van de aardbodem.
De heerlijkheid van de HEERE zij voor eeuwig,
laat de HEERE Zich verblijden in Zijn werken.
Aanschouwt Hij de aarde, dan beeft hij,
raakt Hij de bergen aan, dan roken zij.
Ik zal voor de HEERE zingen in mijn leven,
ik zal voor mijn God psalmen zingen, mijn leven lang.
Mijn overdenking van Hem zal aangenaam zijn,
ík zal mij in de HEERE verblijden.
De zondaars zullen van de aarde verdwijnen
de goddelozen zullen er niet meer zijn.
Loof de HEERE, mijn ziel!
Halleluja!
Ik hoop dat jij en ik nu begrijpen waarom de aarde, de wereld en alles wat daarin van de HEERE, JaHWeH is. Gewoon daarom…
KLIK HIERONDER OM TE LUISTEREN
DELEN
[Sassy_Social_Share]