Psalm 22 -14-:  Over het Koningschap van de Aanwezige gesproken (deel 2)
16/09/2020

Psalm 22 -14-: Over het Koningschap van de Aanwezige gesproken (deel 2)

Passage: Psalm 22

Van U zal mijn lof zijn in een grote gemeente,
mijn geloften zal ik nakomen in bijzijn van wie Hem vrezen.

De zachtmoedigen zullen eten en verzadigd worden;
wie de HEERE zoeken, zullen Hem loven.
Uw hart zal voor eeuwig leven.

Alle einden der aarde
zullen eraan denken en zich tot de HEERE bekeren:
alle geslachten van de heidenvolken
zullen zich voor Uw aangezicht neerbuigen.

Want het koningschap is van de HEERE,
Hij heerst over de heidenvolken.

Psalm 22 -14-

Over het Koningschap van JHWH gesproken (2)
Vandaag willen we verder nadenken over het Koningschap van de HEERE, JHWH, de Aanwezige. Daarbij dachten we naar aanleiding van de Psalm 2 na over de woorden die we vinden bij de profeet Zacharia, in hoofdstuk 14, waar hij eveneens spreekt over het Koningschap van JHWH.

Maar voordat Jeruzalem en het omliggende land bevrijd en vrede gebracht worden, zal er eerst nog strijd plaats vinden tussen de AANWEZIGE en Zijn vijanden.  De verzen 12-15 laten op weinig verhullende wijze zien wat het lot is voor de vijanden van de HERE. Hun vlees zal, terwijl zij nog recht overeind staan wegrotten. Ook hun ogen en tong is hetzelfde lot beschoren.

En dit zal de plaag zijn waarmee de AANWEZIGE al de volken zal treffen die tegen Jeruzalem hebben gestreden: Hij zal ieders vlees, terwijl hij nog op zijn voeten staat, doen wegteren; de ogen van allen zullen wegteren in hun kassen en de tong van allen zal wegteren in hun mond.
Op die dag zal het geschieden
dat er een grote, door de AANWEZIGE bewerkte, verwarring onder hen zal ontstaan,
zodat zij elkaars hand zullen vastgrijpen
en tegen elkaar de hand zullen opheffen.
Ook zal Juda in Jeruzalem strijden,
zodat het vermogen van alle heidenvolken rondom verzameld wordt:
goud, zilver en kleding in zeer grote hoeveelheden.
En zo zal de plaag die de paarden, de muildieren, de kamelen, de ezels en al de dieren die zich in die legerkampen bevinden, zal treffen, dezelfde zijn als die plaag.

In Ezechiël 37 waar de profeet tot dorre doodsbeenderen moet profeteren, die vervolgens tot leven worden gewekt:

Toen profeteerde ik zoals mij geboden was, en er ontstond een geluid zodra ik profeteerde, en zie, een gedruis! De beenderen kwamen bij elkaar, elk been bij het bijbehorende been.
En ik zag, en zie, er kwamen pezen op, er kwam vlees op en Hij trok er een huid overheen, maar er was geen geest in hen.
Hij zei tegen mij: Profeteer tegen de geest, profeteer, mensenkind! Zeg tegen de geest: Zo zegt de Aanwezige AANWEZIGE: Geest, kom uit de vier windstreken en blaas in deze gedoden, zodat zij tot leven komen.
Ik profeteerde zoals Hij mij geboden had. Toen kwam de geest in hen en zij kwamen tot leven. Zij gingen op hun voeten staan, een zeer, zeer groot leger.
Toen zei Hij tegen mij: Mensenkind, deze beenderen zijn heel het huis van Israël. Zie, ze zeggen: Onze beenderen zijn verdord en onze hoop is vergaan, wij zijn afgesneden!
Profeteer daarom, en zeg tegen hen: Zo zegt de AANWEZIGE: Zie, Ik zal uw graven openen en Ik zal u uit uw graven doen oprijzen, Mijn volk, en Ik zal u brengen in het land van Israël.
Dan zult u weten dat Ik de AANWEZIGE ben, als Ik uw graven open en als Ik u uit uw graven doe oprijzen, Mijn volk.Ik zal Mijn Geest in u geven, u zult tot leven komen en Ik zal u in uw land zetten. Dan zult u weten dat Ík, de AANWEZIGE, dit gesproken en gedaan heb, spreekt de AANWEZIGE.

Laten wij nu weer even terug gaan naar Zacharia. Het gevolg van Gods oordeel zal zijn dat de volken en Israël tot inkeer komen. Zij zullen erkennen dat de Aanwezige God is en dit betuigen door Hem de buit die op Zijn volk behaald is aan Hem terug te geven. Sterker nog, zij zullen hun gehele vermogen aan de Aanwezige schenken en zich zo aan Hem onderwerpen.

Als de AANWEZIGE Israëls vijanden heeft onderworpen, zal het moment komen dat Hij Zijn heerschappij over Israël, de omliggende volken en uiteindelijk de hele aarde op Zich zal nemen. De woorden, zoals ze in Openbaring 19:15 staan zullen vervuld worden:

En uit Zijn mond kwam een scherp zwaard, opdat Hij daarmee de heidenvolken zou slaan. En Hij zal hen hoeden met een ijzeren staf. En Hij treedt de wijnpersbak van de wijn van de toorn en van de gramschap van de almachtige God. Er stond op Zijn bovenkleed en op Zijn dij deze Naam geschreven: Koning der koningen en Aanwezige der heren

Als gevolg van de heerschappij van de Aanwezige zullen de volken ieder jaar naar Jeruzalem te trekken om daar het Loofhuttenfeest te vieren. Tijdens het Loofhuttenfeest werd de uittocht uit Egypte van de Israëlieten herdacht. In de toekomst zal het Loofhuttenfeest een gelijke betekenis hebben. Voor Israël zal het een herinneren zijn aan hoe de Aanwezige hen uit de grote verdrukking gered heeft, hen gespaard heeft voor de dag van de Aanwezige en hen geleid heeft in de vrede en rust van de Messiaanse heerschappij.

Voor de volken zal gelden dat het Loofhuttenfeest een blijvende herinnering is aan het feit dat de Aanwezige de God van Israël is. Zij kunnen pas ware vrede en gerechtigheid vinden als zij Israël en hun God, de Aanwezige, erkennen.

De volken die zich niet zullen houden aan de verordening van de Aanwezige om met het Loofhuttenfeest op te trekken naar Jeruzalem, zal droogte treffen en daarop volgend uiteraard hongersnood. Dit oordeel zal snel voltrokken worden. Want na het Loofhuttenfeest in het najaar, begint in het Middenoosten al snel de regenperiode die voorwaarde is voor een goede oogst het volgende seizoen.

Het einde van de profetie van Zacharia toont een duidelijk beeld. Alles in Israël zal Gods kenmerk dragen en Hem geheiligd zijn. Zijn heerschappij zal alomtegenwoordig zijn en alles zal Zijn heerlijkheid dragen. De paarden, als symbool van de wereldmacht, zullen op hun bellen vermeld hebben staan: ‘De Aanwezige heilig’.

Daarmee dragen zij hetzelfde opschrift als de gouden plaat op die de hogepriester op zijn borst draagt. De eenvoudige aarden potten in de tempel, die normaal gesproken een mindere bestemming hebben dan de sprengbekkens voor het altaar, zullen in het Messiaanse Israël even eervol en heilig zijn als de koperen sprengbekkens.

Alles zal de Aanwezige toegewijd en heilig zijn en niets wat ingaat tegen de wil van de Aanwezige zal nog gevonden worden. Dit laatste is ook wat de laatste woorden van vers 21 tonen:

En er zal te dien dage geen Kanaäniet meer zijn in het huis van de Aanwezige der heerscharen.

De Kanaäniet was van oudsher een goddeloze vijand van Israël die de Aanwezige niet diende. Nu, goddelozen en vijanden van Israël zullen in de tempel niet meer gevonden worden. Er zal rust en vrede zijn. Een heerlijke tijd breekt aan voor hen die de Aanwezige vrezen.

Hij zal voor eeuwig de dood vernietigen, en de Here HEERE zal de tranen van alle aangezichten afwissen en de smaad van zijn volk zal Hij van de gehele aarde verwijderen, want de Aanwezige heeft het gesproken. En men zal te dien dage zeggen: Zie, deze is onze God, van wie wij hoopten, dat Hij ons zou verlossen; dit is de Aanwezige, op wie wij hoopten; laten wij juichen en ons verblijden over de verlossing die Hij geeft. (Jes. 25:8-9).

Als dat geen zegen is!

We gaan luisteren naar het lied: Groot en machtig is Hij, bekleed met sterkte, gehuld in luister, groot en machtig is Hij.

KLIK HIERONDER OM TE LUISTEREN

 

Reactie verzenden

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Reactie verzenden

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

EN / NL/ עב