Over honger en brood gesproken (1)
28/04/2022

Over honger en brood gesproken (1)

Klik hieronder om naar de uitzending te luisteren:


Psalm 105

1 Loof de HEERE, roep Zijn Naam aan,
maak Zijn daden bekend onder de volken.

2 Zing voor Hem, zing psalmen voor Hem,
spreek aandachtig van al Zijn wonderen.

3 Beroem u in Zijn heilige Naam,
laat het hart van wie de HEERE zoeken, zich verblijden.

4 Vraag naar de HEERE en Zijn kracht,
zoek Zijn aangezicht voortdurend.

5 Denk aan Zijn wonderen, die Hij gedaan heeft,
aan Zijn tekenen en de oordelen van Zijn mond,

6 nakomelingen van Abraham, Zijn dienaar,
kinderen van Jakob, Zijn uitverkorenen.

7 Hij is de HEERE, onze God,
Zijn oordelen gaan over heel de aarde.

8 Hij denkt aan Zijn verbond voor eeuwig,
aan de belofte die Hij gedaan heeft,105:8 de belofte … heeft - Letterlijk: het woord dat Hij geboden heeft.
tot in duizend generaties,

9 aan het verbond dat Hij met Abraham gesloten heeft,
en Zijn eed aan Izak.

10 Voor Jakob heeft Hij het vastgesteld als een verordening,
voor Israël als een eeuwig verbond,

11 door te zeggen: Ik zal u het land Kanaän geven,
het gebied dat uw erfelijk bezit is.

12 Toen zij met weinig mensen waren,
ja, met weinigen, en vreemdelingen daarin,

13 en zij van volk naar volk zwierven,
van het ene koninkrijk naar het andere volk,

14 liet Hij geen mens toe hen te onderdrukken.
Ook bestrafte Hij koningen omwille van hen en zei:

15 Raak Mijn gezalfden niet aan,
doe Mijn profeten geen kwaad.

16 Hij riep een hongersnood over het land af,
Hij liet het volledig aan brood ontbreken. - Letterlijk: Hij brak elke staf van brood.

17 Hij zond een man voor hen uit:
Jozef werd als slaaf verkocht.

18 Men drukte zijn voeten vast in de boeien,
hijzelf kwam in de ijzers.

19 Tot de tijd dat Zijn woord uitkwam,
heeft de belofte van de HEERE hem gelouterd.

20 De koning stuurde boden en liet hem vrij,
de heerser van de volken liet hem los.

21 Hij stelde hem aan tot heer over zijn huis,
tot heerser over al zijn bezit,

22 om zijn vorsten zijn wil op te leggen
en zijn oudsten wijsheid te leren.

Over honger en brood gesproken
Vandaag maken we een begin met een nieuwe periocoop in de psalm die verhaalt over de geschiedenis van de HEERE God met Jozef. We lezen daarvan in de verzen 16 tot en met 22.

En dan begint dit gedeelte en deze geschiedenis met de woorden: God riep…

Ik moet denken aan het roepen van de HEERE. De eerste keer dat er over het roepen van God wordt gespreoken vinden we in Genesis 1 vers 5 waar we lezen: En God noemde het licht dag en de duisternis noemde Hij nacht. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: Letterlijk: En het werd avond en het werd morgen eerste dag.

Voor het woord noemen lezen we het Hebreeuwse woord ‘qara’, wat hetzelfde woord is als het woord ‘roepen’ in Psalm 105.

En nu is het wonderlijke dat wanneer de Almachtige God van hemel en aarde iets roep dat het ook genoemd wordt. Daar zit niet iets tussen. Want lezen we in Psalm 33 vers 9:

Laat heel de aarde voor de HEERE vrezen, laat alle bewoners van de wereld bevreesd zijn voor Hem. En dan volgt waar het mij om gaat: Want Híj spreekt en het is er, Híj gebiedt en het staat er.

Wanneer de HEERE, de Aanwezige iets spreekt, dan is het er op dat moment.

In het verband van de tekst van Psalm 105 lezen we dat de HEERE, met hoofdletters geschreven, dus dan staan daar in het Hebreeuws de letters, JHWH, de Aanwezige, een hongersnood over het land afriep. En het was zo. Toch? In de dagen van Jozef.

Want, dan vervlolgt de tekst met de woorden: Hij liet het volledig aan brood ontbreken. – Letterlijkstaat er: Hij brak elke staf van brood.

Weliswaar was de HEERE, de Aanwezige, Hij ten volle betrokken in hun bescherming, maar ook in hun beproeving. Hij liet het “volledig aan brood ontbreken”. Dat wil zeggen dat er geen enkele hap voedsel was waardoor ze kracht zouden krijgen om te leven. De steun, hier beeldend uitgedrukt met de stad, van brood werd van hen weggenomen.

Wanneer het brood ontbreekt, dat is eigenlijk wat? Dan lijden we honger, en uiteindelijkzal dat tot de dood leiden!

Waarom God dat deed, wordt hier in Psalm 105 niet vermeld. We lezen daarover in Genesis 41-44. Daar lezen we dat God de broers van Jozef tot inkeer wilde brengen.

Een vergelijkbare situatie lezen we bij de profeet Maleachi waar over de komst van de Messias gesproken. We luisteren naar zijn woorden:

Zie, Ik zend Mijn engel,
die voor Mij de weg bereiden zal.

Plotseling zal naar Zijn tempel komen
die Heere Die u aan het zoeken bent,
de Engel van het verbond,
in Wie u uw vreugde vindt.

Zie, Hij komt, plotseling
zegt de HEERE van de legermachten.

Maar wie zal de dag van Zijn komst verdragen?
Wie zal bij Zijn verschijning standhouden?
Want Hij is als vuur van een edelsmid,
en als zeep van de blekers.

Hij zal zitten als iemand die zilver smelt en reinigt:
Hij zal de Levieten reinigen en hen zuiveren als goud en zilver.
Dan zullen zij de HEERE een graanoffer brengen in gerechtigheid.

Dan zal het graanoffer van Juda en Jeruzalem
voor de HEERE aangenaam zijn,
zoals in de dagen van oude tijden af,
zoals in vroegere jaren.

Als dat geen zegen is.

Oook de volgende uitzending hopen we weer opnieuw bij het thema over de rol van het dagelijkse brood met u stil te staan.

DELEN
[Sassy_Social_Share]

 

Reactie verzenden

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Reactie verzenden

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

EN / NL/ עב