Over de bomen gesproken (1)
23/02/2022

Over de bomen gesproken (1)

Klik hieronder om naar de uitzending te luisteren:

Gods glorie in de schepping

1 Loof de HEERE, mijn ziel.
HEERE, mijn God, U bent zeer groot,
U bent met majesteit en glorie bekleed.

2 Hij hult Zich in het licht als in een mantel,
Hij spant de hemel uit als een tentkleed.

3 Hij maakt de zoldering van Zijn hemelzalen op de wateren,
maakt van de wolken Zijn wagen,
wandelt op de vleugels van de wind.

4 Hij maakt Zijn engelen tot hulpvaardige geesten,
Zijn dienaren tot vlammend vuur.

5 Hij heeft de aarde gegrondvest op zijn fundamenten,
die zal voor eeuwig en altijd niet wankelen.

6 U had hem met de watervloed als met een gewaad bedekt,
het water stond tot boven de bergen.

7 Door Uw bestraffing vluchtten ze,
ze haastten zich weg voor het geluid van Uw donder.

8 De bergen rezen op, de dalen daalden neer
op de plaats die U ervoor bestemd had.

9 U hebt een grens gesteld, die ze niet zullen overgaan,
ze zullen de aarde nooit meer bedekken.

10 Hij wijst de bronnen hun loop naar de dalen,
zodat ze tussen de bergen door stromen.

11 Ze geven alle dieren van het veld te drinken,
de wilde ezels lessen er hun dorst.

12 Daarbij wonen de vogels in de lucht,
hun stem klinkt tussen de takken.

13 Hij bevochtigt de bergen vanuit Zijn hemelzalen,
de aarde wordt verzadigd door de vrucht van Uw werken.

14 Hij doet het gras groeien voor de dieren,
het gewas ten dienste van de mens.
Hij brengt voedsel uit de aarde voort:

15 wijn, die het hart van de sterveling verblijdt,
olie, die zijn gezicht doet glanzen,
en brood, dat het hart van de sterveling versterkt.

16 De bomen van de HEERE worden verzadigd,
de ceders van de Libanon, die Hij geplant heeft.

Over de bomen gesproken gesproken (1)
Vandaag wil ik met u nadenken over het laatst gelezen vers.

De bomen van de HEERE worden verzadigd, de ceders van de Libanon, die Hij geplant heeft.

Weet u, in de voorbereiding op een uitzending denk je soms wel eens: wat moet ik er mee. Dit is zo’n ochtend. Maar wanneer je dan je gedachten er over laat gaan en je eens gaat struinen in de Schrift dan valt het bijna altijd weer op hoe rijk het Woord van God is. En vervolgens kom je tot de conclusie dat het Woord zo verschrikkelijk rijk is, dat je nauwelijks kunt kiezen tot welk aspect van het onderwerp je je zult moeten beperken. Zo ook vanmorgen.

De bomen van de HEERE worden verzadig. Allereerst valt het op dat het niet mijn of onze bomen zijn waarvan de HEERE spreekt, maar dat het vers spreekt over de bomen Zijn van de HEERE. Het zijn de bomen die Hij geplant heeft. En dan moet ik onwillekeurig denken aan Psalm 1. Zullen we eens met die boom beginnen vanmorgen? Het blijkt namelijk een heel belangrijke, zo niet, de belangrijkste Boom in deze wereld te zijn.

Het is weer bijna weer voorjaar. De natuur ontluikt. De bloembollen komen weer tevoorschijn en hier hier en daar loopt een vroege boom al uit. De eerste Psalm spreekt over een boom, of eigenlijk over een man, die is als een boom. Wie is die man? De eerste conclusie is dus al dat het Woord van God de mens vergelijkt met een boom. De boom is dus een type van de mens. Wanneer we dus in het vervolg in de Schrift lezen over bomen dan moeten we onze oren spitsen en goed luisteren want mogelijk gaat het over u en mij.

Weet u, laten we eerst eens Psalm 1 lezen voor we er wat verder over nadenken.

Welzalig de man die niet wandelt in de raad van de goddelozen,
die niet staat op de weg van de zondaars,
die niet zit op de zetel van de spotters,

2 maar die zijn vreugde vindt in de wet van de HEERE
en Zijn wet dag en nacht overdenkt.

3 Want hij zal zijn als een boom, geplant aan waterbeken,
die zijn vrucht geeft op zijn tijd,
waarvan het blad niet afvalt;
al wat hij doet, zal goed gelukken.

4 Maar zo zijn de goddelozen niet:
die zijn juist als het kaf, dat de wind wegblaast.

5 Daarom blijven de goddelozen niet staande in het gericht,
de zondaars niet in de gemeenschap van de rechtvaardigen.

6 Want de HEERE kent de weg van de rechtvaardigen,
maar de weg van de goddelozen zal vergaan.

 

 

Dat is “…de man, die niet wandelt in de raad der goddelozen, die niet staat op de weg der zondaars, noch zit in de kring der spotters, maar aan des HEEREN wet zijn welgevallen heeft, en diens wet overpeinst bij dag en bij nacht…”. Poeh, dat is nogal wat! Is dat niet veel te hoog gegrepen? Het belooft ook heel wat, want die man is als een boom… “die zijn vrucht geeft op zijn tijd, welks loof niet verwelkt; al wat hij onderneemt gelukt”.

Je zou het Psalmenboek kunnen zien als een samenvatting van de bijbelse boodschap, de boodschap van God. Alles komt er in voor: de mens en de HERE Zelf, zonde en verlossing, haat en liefde, genade en wraak, hoop en wanhoop, droefheid en vreugde, godsvrucht en goddeloosheid.

En het begint allemaal bij een… boom.

Daar begon het ook in Genesis mee, met de boom van het leven in het midden van de Hof (Gen.2:9). En aan het einde van de Bijbel is het nota bene weer de boom des levens (Openb.2:7, 22:2,14), die tot zegen van mensen is.

In die “welzalige man”, die boom van Psalm 1 zien we de gelovige mens, die toegewijd is aan God, volkomen toegewijd. En met alle respect voor alle mensen op deze wereldm, maar er is er maar een op deze wereld die volkomen toegeweis was aan de wet en dat wat Jezus / Jeshua, dus de man, de boom waarover Psalm 1 spreekt is niemand minder dan de Messias Zelf, want horen we de apostel Johannes in zijn Evangelie spreken dat de Schriften getuigen van Christus!

Maar weet u hoe meer ik er over nadenk, hoe meer ik tot de conclusie kom dat we in het tweede testament een verklaring horen wat in de Thora al allemaal beschreven is. Ook in dit geval. In Johannes 1 vers 46 lezen we namelijk iet heel opmerkelijks:

Filippus vond Nathanaël en zei tegen hem: Wij hebben Hem gevonden over Wie Mozes in de wet geschreven heeft, en ook de profeten, namelijk Jezus, de zoon van Jozef, uit Nazareth.

Ziet u wel? Mozes en de profeten hebben geschreven over Jezus? Bent u Zijn naam daarin wel eens tegen gekomen? Neem toch? We moeten dus op zoek naar aanwijzingen die naar Jezus / Jeshua verwijzen. Zoals in Psalm 1.

Hij is de ware Boom des levens. Hij is, in vernederde gestalte weliswaar, als de volmaakte Mens op aarde gekomen, en heeft gewandeld in de Raad van Zijn hemelse Vader. Hij stond niet op de weg van de zondaren, hoewel Hij Zich wel tot hen begaf om hen te redden. Hij nam de heilige opdracht van God serieus en liet Zich zelfs bespotten.

Psalm 40 getuigt: “…in de boekrol is over Mij geschreven; Ik heb lust om Uw wil te doen, Mijn God, Uw wet is in Mijn binnenste”. Woorden die later, in Hebreeën 10, worden toegepast op de Messias, op Christus.

Hij is gehoorzaam geweest tot de “dood van het kruises” (Fil.2) en heeft zo het verlossingswerk volbracht.

Hij was vruchtbaar en Zijn ‘loof’, Zijn heerlijkheid verwelkt nooit, ja, alles wat Hij onderneemt, gelukt.

 

Die ‘welzalige’ Man, Christus Jezus, Jeshua haMessiach, is mijn Heiland. Hij heeft mij gered door Zijn lijden en sterven. En nu Hij verhoogd is aan de rechterhand Gods, mag ik weten: mijn leven is met Christus verborgen in God (Kol.3:3). In Hem ben ik veilig geborgen voor tijd en eeuwigheid. Daar kan mijn toewijding (of niet) niks aan veranderen. Daar doet mijn overgave (of niet) niks aan af. Het is allemaal genade.

Maar… door die genade wil God u en mij opvoeden en het voedsel is Zijn Woord. Waarom? Om Hem beter te leren kennen en Zijn plan. Om goede werken te doen, om toegewijd aan Hem te leven als Zijn getuigenis op aarde. Om in Zijn raad te wandelen. Om… vrucht te dragen, tot eer van Zijn Naam.

Om te leven uit de stromen van levend water en door Zijn Woord de dingen te zoeken die boven zijn, daar waar Christus, de Messias, is!

Als dat geen zegen is.

DELEN
[Sassy_Social_Share]

Reactie verzenden

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Reactie verzenden

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

EN / NL/ עב