#0770 Over de zegen gesproken
Klik hieronder om naar de uitzending te luisteren:
Psalm 133 -14-
Broederlijke liefde
1 Een pelgrimslied, van David.
Zie, hoe goed en hoe lieflijk is het
dat broeders ook eensgezind samenwonen.
2 Het is als de kostelijke olie op het hoofd,
die neerdaalt op de baard, de baard van Aäron,
die neerdaalt op de zoom van zijn priesterkleed.
3 Het is als de dauw van de Hermon
die neerdaalt op de bergen van Sion.
Want daar gebiedt de HEERE de zegen
en het leven tot in eeuwigheid.
#0770 Over de zegen gesproken
We maken vandaag een overstapje naar vers drie waar het eensgezind samenwonen van de broeders wordt vergeleken met de dauw van de Hermon die neerdaalt op de bergen van Sion.
Deze verklaring van de dauw van een berg in het noorden die neerdaalt op een berg in het zuiden.
De vergelijking tussen de berg Hermon en de bergen van Sion is een vergelijkbare beeldtaal van de zalfolie die van Aarons hoofd naar de randen van zijn kleding loopt.
Op dezelfde manier loopt de dauw van Hermon vanaf de top van de noordelijke grens van Israël naar de plaats waar Israël omhoog gaat om God te aanbidden tijdens de Regaliym/Aliyot- feesten. Zo wordt heel Israël (het volk) en heel haar land, zowel letterlijk als figuurlijk, bedekt door de dauw van Hermon. De dauw, is hier een beeld van zegening zoals we in het vervolg van vers drie lezen in de woorden: Want daar gebiedt de HEERE de zegen. Net zoals de olie, de Heilige Geest een zegen is.
En laten we niet vergeten dat deze psalm heel duidelijk geadresseerd is. Er wordt immers gesproken over broeders die op Pelgrimsreis zijn in de Psalm en over de Hermon en Zion
De Aanwezige beveelt de zegening. De zegen wordt bevolen op de bergen van Zion wanneer het volk daar samen als één, yachad, wonen. Daarmee is de psalm een profetische uitspraak, zegt de Messias belijdende Jood in onze dagen. . God spreekt in tijd en plaats van de toekomstige verlossing van het hele Israël, etnisch en religieus, wanneer, na de volheid van de volkeren, heel Israël etnisch en religieus zal worden gered (Romeinen 11).
We merken op dat de Hebreeuwse tekst niet zegt: “Daar gebiedt de Heer een zegen”, maar eerder: “Daar gebiedt de Heer de zegen.” De ” berachah “, zegen, voorspoed, geschenk, vredesverdrag, is er een die ” chayim ” brengt, geen leven maar leven in het meervoud, want chayim eindigt op im, is daarmee meervoud en daarmee eeuwigdurend. Leven dat zal zijn “ ad ha-olam’ eeuwig en eeuwig in de wereld rondgaan. De wereld is de Olam Haba, (de komende wereld.
Daarom zegt de tekst niet dat waar gelovigen in het algemeen in eenheid samenwonen, God een zegen zal gebieden, maar zegt het dat wanneer Israël etnisch, religieus en werkelijk met elkaar samenwoont door verlossing en de zalving geleverd door de koning-priester Messias, in het land letterlijk Israël bij de terugkeer van de Messias, dan en alleen dan, daar en alleen daar, zal God bevelen en de zegen van eeuwig leven vestigen op de Nieuwe Aarde.
Als dat geen zegen is.
DELEN
[Sassy_Social_Share]