Het bijbelgedeelte van deze week gaat in z’n geheel over het recht.

De Eeuwige benadrukt dat Israël steeds weer het recht moet najagen. Of zoals Yeshua later zei: ‘Zoek eerst het Koninkrijk van God en zijn gerechtigheid’. Het recht van God, het recht van het volk, tot en met het recht van ieder persoonlijk. Volgens de Joodse traditie is het recht één van de drie pilaren, waarop de wereld rust. Als er geen recht is, stort een hele maatschappij langzaam maar zeker in. Daarom was het recht ook hét belangrijke issue waar de profeten van Israël steeds weer op hamerden.

Ook vandaag de dag zien we dat nog steeds. Daarom was het aanstellen van rechters en gerechtsbeambten topprioriteit voor de Eeuwige. En uiteindelijk ook de koning, als de hoogste vertegenwoordiger van het recht. Maar was dat alleen maar de wens van het volk of wilde God dit? Want uiteindelijk is niemand in staat om dat recht ten volle te handhaven, niemand anders dan de grote Koning Zelf, die in het beeld van de ‘genekte koe’ Zijn leven er zelfs voor gaf