Over Mozes gesproken -2-
05/05/2021

Over Mozes gesproken -2-

Klik hieronder om naar de uitzending te luisteren:

De eeuwige G’d en de vergankelijke mens

1Een gebed van Mozes, de man G’ds.
Heere, Ú bent ons een toevlucht geweest
van generatie op generatie.

2Al vóór de bergen geboren waren
en U de aarde en de wereld voortgebracht had,
ja, van eeuwigheid tot eeuwigheid bent U G’d.

3U doet de sterveling terugkeren tot stof
en zegt: Keer terug, mensenkinderen.

4Want duizend jaren zijn in Uw ogen
als de dag van gisteren, wanneer die voorbijgegaan is,
of als een wake in de nacht.

5U spoelt hen weg, zij zijn als de slaap.
In de morgen zijn zij als het gras dat opkomt:

6in de morgen bloeit het en komt het op,
’s avonds wordt het afgesneden en het verdort.

7Want wij vergaan door Uw toorn,
door Uw grimmigheid worden wij door schrik overmand.

8U stelt onze ongerechtigheden voor Uw ogen,
onze verborgen zonden in het licht van Uw aangezicht.

9Want al onze dagen gaan voorbij door Uw verbolgenheid,
wij brengen onze jaren door als een gedachte.

10De dagen van onze jaren: daarin zijn zeventig jaren,
of, als wij zeer sterk (Letterlijk: bij krachten) zijn, tachtig jaren,
maar het beste daarvan is moeite en verdriet,
want het wordt snel afgesneden en wij vliegen heen.

11Wie kent de kracht van Uw toorn
en Uw verbolgenheid, wie weet hoezeer U te vrezen bent?

12Leer ons zó onze dagen tellen,
dat wij een wijs hart verkrijgen.

13Keer terug, HEERE, hoelang nog?
Laat het U berouwen over Uw dienaren.

14Verzadig ons in de morgen met Uw goedertierenheid,
dan zullen wij juichen en verblijd zijn, tijdens al onze dagen.

15Verblijd ons overeenkomstig de dagen waarin U ons verdrukt hebt,
overeenkomstig de jaren waarin wij het kwade gezien hebben.

16Laat Uw werk aan Uw dienaren gezien worden,
Uw glorie over hun kinderen.

17De lieflijkheid van de Heere, onze G’d, zij over ons;
bevestig het werk van onze handen over ons,
ja, het werk van onze handen, bevestig dat.

Over Mozes gesproken -2-
Vanmorgen wil ik nog een keer stilstaan bij de persoon van Mozes, die zoals het eerste vers zegt ‘de man van G’d’ wordt genoemd. We lezen daar misschien wat gemakkelijk overheen, maar realiseren we ons wel wat dat eigenlijk inhoud? Ook in Deuteronomium 33 vers 1 wordt hij ‘de man van G’d’ genoemd:

Dit nu is de zegen waarmee Mozes, de man G’ds, de Israëlieten gezegend heeft, vóór zijn dood.

En in Jozua 14 vers 6 horen we Kaleb eveneens zeggen wat zijn mening was over Mozes in dit verband:

Toen kwamen de nakomelingen van Juda bij Jozua in Gilgal. En Kaleb, de zoon van Jefunne, de Keneziet, zei tegen hem: U weet zelf van het woord dat de HEERE tegen Mozes, de man G’ds, over mij en over u gesproken heeft in Kades-Barnea.

En in Ezra 3 vers 2 lezen we, wanneer de offerdienst in ere wordt hersteld:

Jesua, de zoon van Jozadak, stond op met zijn broeders, de priesters, en Zerubbabel, de zoon van Sealthiël, met zijn broeders, en zij herbouwden het altaar van de G’d van Israël om daarop brandoffers te brengen volgens wat geschreven staat in de wet van Mozes, de man G’ds.

Ook Samuel wordt in 1 Samuel 9 vers 6 met de eretitel  ‘man van G’d genoemd’. En wat te denken van Elia en zijn opvolger, Elisa.

Zullen we vanmorgen eens zien wat Mozes tot de man van G’d maakte?
Onder het volk Israël is er niemand geweest die zo’n relatie heeft gehad van G’d als Mozes. Nooit is er een profeet geweest zoals Mozes, nooit iemand met wie de Heere zo vertrouwelijk omging en wie G’d zulke machtige tekenen en wonderen heeft laten verrichten.

G’d sprak met Mozes als met een vriend. Dat is eigenlijk wat. Dat Schepper en schepsel zo’n innige relatie met elkaar hebben? Zij spraken met elkaar als van Vriend tot vriend.

Het bijzondere in deze vriendschap tussen deze twee vrienden was niet alleen dat Mozes onvoorwaardelijk deed wat G’d van hem vroeg, maar dat ook G’d heel vaak deed wat Mozes van Hém vroeg, ook al had G’d eerst andere plannen (bijv: Ex 8:13,31).

G’d hield op een heel persoonlijke manier van Mozes.
Tot Mozes sprak G’d niet in raadsels, maar rechtstreeks en duidelijk. In Numeri 12 vers 6 tot 8 lezen we:

Luister toch naar Mijn woorden!
Als iemand onder u een profeet is,
maak Ik, de HEERE, Mij door een visioen aan hem bekend,
spreek Ik met hem door een droom.

Maar zo doe Ik niet tegenover Mijn dienaar Mozes,
die in Mijn hele huis trouw is,

met hem spreek Ik van mond tot mond, ja, zichtbaar, en niet in raadsels.
Hij aanschouwt de gestalte van de HEERE.

En toen het leiderschap van Mozes ter discussie werd gesteld door volksgenoten, verdedigde G’d Hoogstpersoonlijk zijn vriend, die G’ds hart had gestolen vanwege zijn zachtmoedigheid en bescheidenheid (bijv. Nm 12).

En toen Mozes uiteindelijk stierf, droeg G’d als een echte Vriend zorg voor de begrafenis. Ruim 1550 jaar later mocht Mozes samen met Elia een geweldig bezoek brengen aan de Heere Jezus, Yeshua.

Bij Mozes valt in de eerste plaats op zijn totale afhankelijkheid van en gerichtheid op G’d. Hij uitte vrijuit zijn klachten tegenover G’d en hij vroeg steeds weer raad bij de Heere G’d wanneer er een beslissing genomen moest worden. Mozes stelde zich op als een kind, dat zijn toevlucht zoekt bij Vader.

Het diepste verlangen van Mozes was om zo dicht mogelijk bij G’d te zijn en te genieten van Zijn aanwezigheid. Na de zonde met het gouden kalf besloot G’d om Zijn engel mee te sturen met het volk, maar Zelf niet verder mee op te trekken. Maar Mozes kwam hiertegen in verzet en verkoos het leven in de woestijn mét G’d boven het leven in het land van melk en honing zónder G’d. Mozes’ verlangen naar G’d wordt door G’d vervuld, waarbij Mozes G’ds persoonlijke verschijning mocht zien.

Dit zijn eigenlijk maar een beperkt aantal korte kenmerken vanuit het leven van Mozes. Zachtmoedigheid en bescheidenheid, vertrouwelijkheid, vriendschap, trouw, liefde, gerichtheid op G’d, afhankelijkheid, en liefde tot Zijn Volk kenmerkten het leven van Mozes. Maar tegelijkertijd zijn het de eigenschappen van Vader Zelf.

Het diepste verlangen van Mozes was om zo dicht mogelijk bij Vader te zijn en te genieten van Zijn aanwezigheid. Wat een geweldige genade die Mozes ten deel viel. Maar weet je, laten we niet Mozes op een voetstuk zetten vanmorgen maar Vader die ook jou en mij vanmorgen en alle dagen van ons leven uitnodigt om ook deze genade aan jou en mij te schenken.

Als dat geen zegen is.

We gaan luisteren naar een nummer dat hier bij radio Israel denk ik zomaar nog nooit gedraaid is.  Go Down Moses, gezongen door Louis Armstrong.

Let My people go

Ga naar beneden, Mozes, ver weg in het land van Egypte.
Zeg de oude Farao dat hij mijn volk moet laten gaan.
Toen Israël in het land van Egypte was,
laat mijn volk gaan

Zo hard onderdrukt dat ze niet konden staan
Laat mijn volk gaan
ver weg in het land van Egypte.
Zeg de oude Farao dat hij mijn volk moet laten gaan. ”

Dus Mozes ging naar het land van Egypte.
Laat mijn volk gaan.
Hij maakte de oude Farao duidelijk.
Laat mijn volk gaan.

Ja, de Heer zei: “Ga naar beneden, Mozes, ver weg in het land van Egypte.
Zeg de oude Farao dat hij mijn volk moet laten gaan.”
Aldus sprak de Heer, “moedige Mozes zei
Laat mijn volk gaan

” Zo niet, dan sla ik je eerstgeborenen dood. ”
Laat mijn volk gaan

God, de Heer zei: “Ga naar beneden, Mozes, ver weg in het land van Egypte.
Zeg de oude Farao dat hij mijn volk moet laten gaan.”

Ver weg in het land van Egypte
Zeg de oude farao dat hij mijn volk moet laten gaan

DELEN
[Sassy_Social_Share]

Reactie verzenden

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Reactie verzenden

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

EN / NL/ עב