Over engelen gesproken -1-
Klik hieronder om naar de uitzending te luisteren:
Gods glorie in de schepping
1 Loof de HEERE, mijn ziel.
HEERE, mijn God, U bent zeer groot,
U bent met majesteit en glorie bekleed.
2 Hij hult Zich in het licht als in een mantel,
Hij spant de hemel uit als een tentkleed.
3 Hij maakt de zoldering van Zijn hemelzalen op de wateren,
maakt van de wolken Zijn wagen,
wandelt op de vleugels van de wind.
4 Hij maakt Zijn engelen tot hulpvaardige geesten,
Zijn dienaren tot vlammend vuur.
Over engelen gesproken -1-
In de voorgaande uitzending stonden we stil bij verschillende aspecten van Gods Geest, Ruach Elohim. Vandaag maken we een stap je naar het volgende en laatst gelezen vers:
Hij maakt Zijn engelen tot hulpvaardige geesten,
Zijn dienaren tot vlammend vuur.
Het vers spreekt van engelen (malak in het Hebreeuws) of boodschappers. En ik wil met u de komende uitzendingen met u stilstaan bij deze door God geschapen wezens, die veelal in ons dagelijks leven zo ver van ons afstaan. En ik wil dat mede doen aan de hand van de tijd die binnenkort aanstaande is en waarin Openbaring en de dag des Heere, de dag van de Heere binnenkort aan zal breken. Want in dit wondelijke boek komen meer dan zeventig teksten voor die betrekking hebben op de engelen. De dag van de Heere zal dus als het ware gepaard gaan met veel openbaringen van engelen. Het is goed om daar op voorbereid te zijn.
Dat de engel in het openingsvers van Openbaring wordt genoemd, is belangrijk. Deze engel vergezelt Johannes tot en met het laatste hoofdstuk. De eerste zes hoofdstukken van Zacharia vertonen een opvallende overeenkomst. Engelen komen vaak voor in de geschiedenis van Israël. We vinden ze bij Abraham waarvan we veel later in Hebr. 13:2 lezen: Vergeet de gastvrijheid niet, want hierdoor hebben sommigen zonder het te weten engelen onderdak geboden.
Engelen, hulpvaardige geesten lazen we in Psalm 104. Het volk van God, Israel ontving de wet door de dienst van de engelen weten we in Handelingen 7 vers 53: U, die de wet ontvangen hebt door de dienst van engelen. En de apostel Paulus schrijft aan de Galaten in zijn tijd: Waartoe dient dan de wet? Zij is eraan toegevoegd omwille van de overtredingen, totdat het Nageslacht (met een hoofdletter geschreven) zou gekomen zijn aan Wie het beloofd was; en zij is door engelen in de hand van de middelaar beschikt.
In de eerste vier boeken van het Eerste Testament lezen we heel vaak over de engelen. We weten van de aankondiging van de geboorte van de Messias, maar voor hen is eveneens een grote en belangrijke rol weggelegd bij de wederkomst van de Heere:
Mattheüs 16:27 Want de Zoon des mensen zal komen in de heerlijkheid van Zijn Vader, met Zijn engelen. Dat zal wat zijn? Moet je je eens indenken dat Hij straks op de wolken, want dat hebben we eerder in deze Psalm overdacht, terug komt naar deze aarde met Zijn duidenden en duizenden engelen. En dat we Hem zullen zien. Want we weten dat Hij zegt: Alle oog zal Hem zien. Dat kan je je toch nit indenken! Wat een ongelooflijke gebeurtenis, wat een onvoorstelbare manifestatie zal dat zijn van Zijn glorie en macht! Mag ik het zo eens zeggen: We zullen onze ogen bij wijze van spreken niet kunnen geloven!
Want de Zoon des mensen zal komen in de heerlijkheid van Zijn Vader, met Zijn engelen.
En in 1 Thess. 4:16 lezen we de woorden van Paulus, gericht aan de Thessalonisenzen: De Heere Zelf zal met een geroep, met de stem van een aartsengel en met een bazuin van God neerdalen uit de hemel. En de doden die in Christus zijn, zullen eerst opstaan.
En in de brief aan de Hebreeen, nota bene Zijn eigen volk Israel, lezen we maar liefst twaarf verwijzingen naar engelen.
En ik moet ineens denken aan dat verschrikkelijke liedje van Ron Brandsteder een heel aantal jaren geleden: Engelen bestaan niet. En hoe vaak zou dit wel niet uit volle borst door wellicht ontelbaar Nederlanders meegezongen zijn. Verschrikkelijk. Maar laat me dit zeggen: Die in de hemel woont zal lachen…
Tegen degenen die het idee van engelendienst ontkennen of bespotten, willen we alleen zeggen dat hun ogen geopend moeten worden. Een voorbeeld daarvan vinden we bij Elisa: Hij zei: Wees niet bevreesd, want die bij ons zijn, zijn méér dan die bij hen zijn.
Elisa bad en zei: HEERE, open toch zijn ogen, zodat hij ziet. En de HEERE opende de ogen van de knecht, zodat hij zag; en zie, de berg was vol paarden en strijdwagens van vuur rondom Elisa.
In het boek de Openbaring van Jezus Christus, Jeshua haMessiach, komen meer dan zeventig teksten voor die betrekking hebben op engelen. Hun aanwezigheid in Openbaring verbindt dit bijbelboek met Israël en het aardse koninkrijk.
Als u een concordantie opslaat, ziet u in Openbaring de voortdurende aanwezigheid van engelen. Zo is er de engel die naar Johannes wordt gezonden; zijn er engelen die de schalen beheren, de zegels, de plagen, de trompetten, het lijden, de wateren, de wind en de zeven gemeenten.
Dit laatste willen we benadrukken, omdat dikwijls de engelen in verband met de zeven gemeenten worden gezien als bisschoppen, diakenen, toezichthouders op synagogen, e.d. Terwijl de Schrift dit niet suggereert!
De aartsengel Michaël is de vorst die staat voor Israël; het lijkt erop dat hij de zeven engelen delegeert om over de gelovigen te waken in tijden van grote verzoeking.
Zullen we eens naar Daniel luisteren?
In die tijd zal Michaël opstaan,
de grote vorst,
hij die uw volksgenoten bijstaat.
Het zal een benauwde tijd zijn,
zoals er niet geweest is sinds er een volk is geweest
tot op die tijd.
In die tijd zal uw volk ontkomen:
ieder die gevonden wordt, opgeschreven in het boek.
Als dat geen zegen is.
Wanneer komt de dag? Wanneer, o God,
zal de nacht voorgoed ten einde zijn?
Komt de tijd dat alles anders wordt,
er geen tranen en geen rouw meer zijn?
Iedereen zal zien hoe Jezus komt
op de wolken met bazuingeschal.
Vol van luister, stralend als de zon;
Heer, hoe lang nog voor U komen zal?
Heel mijn hart juicht als ik U ontmoet!
Wat een vreugde dat U bij mij blijft, voorgoed.
Dan kniel ik neer,
voor U mijn Heer.
Jezus, wacht toch niet langer, kom!
Heer, wij zien met groot verlangen uit
naar het eeuwig koninkrijk van God.
Waar uw kerk zal stralen als uw bruid;
met haar bruidegom verenigd wordt.
Hef je handen op en kijk omhoog.
Prijs de Heer, aanbid hem met ontzag,
met een brandend hart vervuld van hoop.
Jezus komt. Er is een nieuwe dag!
Niets is beter dan bij U te zijn.
Wat een vreugde om te leven zonder pijn.
Dan kniel ik neer,
voor U mijn Heer.
Jezus, wacht toch niet langer, kom!
Jezus, wacht toch niet langer, kom!
DELEN:
[Sassy_Social_Share]