#0757 Over broederlijke liefde gesproken -1-
Klik hieronder om naar de uitzending te luisteren:
Psalm 133 -1-
Broederlijke liefde
1 Een pelgrimslied, van David.
Zie, hoe goed en hoe lieflijk is het
dat broeders ook eensgezind samenwonen.
2 Het is als de kostelijke olie op het hoofd,
die neerdaalt op de baard, de baard van Aäron,
die neerdaalt op de zoom van zijn priesterkleed.
3 Het is als de dauw van de Hermon
die neerdaalt op de bergen van Sion.
Want daar gebiedt de HEERE de zegen
en het leven tot in eeuwigheid.
#0757 Over broederlijke liefde gesproken -1-
Met deze psalm zijn we aan het laatste pelgrimslied gekomen. Een pelgrimslid van David, de Geliefde zohebben we met elkaar gelezen. Gezongen op weg naar Jerusjalajim. En wat een rust, vrede en liefde spreekt er uit dit lied. Op het einde van de lange, lange pelgrimsreis.
Psalm 132 gaat over de gezalfde Koning. Psalm 133 gaat over de gezalfde Hogepriester en over het eensgezind samenwonen van een volk dat nu nog over de aarde verstrooid is. Ook in de dagen die wij beleven in de 21e eeuw. Nog steeds. Vertrooid onder de volken. Er zijn er al die thuis gekomen zijn, en nog steeds thuis komen, maar toch…
De psalm is daarom een profetisch vergezicht. Tegelijk zijn er belangrijke lessen voor ons, die leven in een tijd van grote verdeeldheid en verwarring, in aanwezig.
Maar er is nog steeds sprake van het tweestammenrijk en het tienstammenrijk. Om die vijandschap definitief tot een einde te brengen, krijgt het volk een nieuw hart, waardoor de wet in hun harten is geschreven.
Daardoor hebben zij de Aanwezige lief gekregen en gaan ze ook hun naaste liefhebben. Daarover hebben de profeten ook gesproken. Een van de tekstgedeelten dat daarover spreekt vinden we in Ezechiël 37 vers 15 tot en met 28:
15 Het woord van de HEERE kwam tot mij:
16 En u, mensenkind, neem een stuk hout voor uzelf en schrijf daarop: Voor Juda, en voor de Israëlieten, zijn metgezellen. Neem dan een ander stuk hout en schrijf daarop: Voor Jozef, het stuk hout van Efraïm, en van heel het huis van Israël, zijn metgezellen.
17 Breng ze dan bij elkaar, het ene bij het andere, tot één stuk hout, zodat ze in uw hand één worden.
18 Als dan uw volksgenoten tegen u zeggen: Wilt u ons niet vertellen wat deze dingen voor u betekenen?
19 Spreek dan tot hen: Zo zegt de Heere HEERE: Zie, Ik zal het stuk hout van Jozef nemen, dat zich in de hand van Efraïm bevindt, en van de stammen van Israël, zijn metgezellen, en Ik zal het bij het stuk hout van Juda voegen, en Ik zal ze tot één stuk hout maken. Ze zullen in Mijn hand één worden.
20 Die stukken hout, die u beschreven hebt, moeten voor hun ogen in uw hand zijn.
21 En spreek tot hen: Zo zegt de Heere HEERE: Zie, Ik ga de Israëlieten nemen uit de heidenvolken waarheen zij gegaan zijn. Ik zal hen van rondom bijeenbrengen en hen naar hun land brengen.
22 Ik zal hen tot één volk maken in het land, op de bergen van Israël. Zij zullen allen Joh. 10:16één Koning als koning hebben. Zij zullen niet langer als twee volken zijn, en niet langer nog in twee koninkrijken verdeeld zijn.
23 Dan zullen zij zich niet meer verontreinigen met hun stinkgoden en met hun afschuwelijke afgoden en met al hun overtredingen. Ik zal hen verlossen in al hun woongebieden, waar zij gezondigd hebben, en Ik zal hen reinigen. Dan zullen zij een volk voor Mij zijn en Ík zal een God voor hen zijn.
24 En Mijn Knecht David zal Koning over hen zijn. Voor hen allen zal er één Herder zijn. Zij zullen in Mijn bepalingen wandelen en Mijn verordeningen in acht nemen en die houden.
25 Zij zullen wonen in het land dat Ik aan Mijn knecht, aan Jakob, gegeven heb, waarin uw vaderen gewoond hebben. Zij zullen daarin wonen, zij met hun kinderen en hun kleinkinderen, tot in eeuwigheid, en Mijn Knecht David zal tot in eeuwigheid hun Vorst zijn.
26Ik zal met hen een verbond van vrede sluiten. Het zal een eeuwig verbond met hen zijn, Ik zal hun een plaats geven en hen talrijk maken, en Ik zal Mijn 2 Kor. 6:16heiligdom in hun midden zetten tot in eeuwigheid.
27Mijn tabernakel zal bij hen zijn, Ik zal een God voor hen zijn en zíj zullen een volk voor Mij zijn.
28Dan zullen de heidenvolken weten dat Ik de HEERE ben, Die Israël heiligt, wanneer Mijn heiligdom voor eeuwig in hun midden zal zijn.
Maar we lezen hier ook over in Jesaja 11 vers 13b en Hosea 1 vers 11:
Dan zullen de Judeeërs bijeengebracht worden samen met de Israëlieten. Zij zullen voor zich één Hoofd aanstellen en uit het land oprukken; want groot zal de dag van Jizreël zijn. Zeg tegen uw broeders: Ammi,en tegen uw zusters: Ruchama.
Deze profetieën zijn nog niet vervuld, maar dat zal gebeuren, wanneer de Messias Koning is over Zijn volk.
Het zal gebeuren wanneer de Geest van God als zalfolie over hen zal komen (vers 2), net zoals de zegen van de HEERE als de dauw van de Hermon over Sion komt (vers 3).
De structuur van de psalm is een piramide chiasma of kruising, waarin de nadruk op het hogepriesterschap (C) valt:
A We Lezen over Zegen (vers 1)
—B Over de vergelijking (met olie) (vers 2a)
——C Hogepriesterschap (vers 2b-c)
—B Over de Vergelijking (met dauw) (vers 3a)
A Over de Zegen (vers 3b)
A met al een zegenrijke psalm dus die we in de volgende uitzendingen verder zullen onderzoeken.
DELEN
[Sassy_Social_Share]