We lezen:
Thora: Deuteronomium. 7:12-11:25
Haftara: Jesaja 49:14–51:3
Brit Chadashah/Vernieuwde testament: Lukas 4:1-13
Nu dan, Israël, wat vraagt de HEERE, uw God, van u dan de HEERE, uw God, te vrezen, in al Zijn wegen te gaan, Hem lief te hebben en de HEERE, uw God, te dienen, met heel uw hart en met heel uw ziel, en de geboden van de HEERE en Zijn verordeningen, die ik u heden gebied, in acht te nemen, u ten goede?
Zie, van de HEERE, uw God, is de hemel, ja, de allerhoogste hemel, de aarde en alles wat erop is.
Maar alleen voor uw vaderen heeft de HEERE liefde opgevat om hen lief te hebben, en Hij heeft hun nageslacht na hen, u, uit al de volken verkozen, zoals het heden ten dage nog is.
Besnijd dan de voorhuid van uw hart en wees niet langer halsstarrig.
(Deuteronomium 10:12-16, HSV)
De parasha van deze sabbat gebruikt een bijzonder woord (Ekev) om te wijzen op de consequenties die volgen op het wel óf juist niet onderhouden van de geboden en voorschriften van de Eeuwige. De opdracht van de Eeuwige lijkt zo simpel. Gewoon luisteren én er dan gewoon naar handelen. Een samenvatting daarvan hebben we gelezen in het eerste gedeelte van de introductietekst hierboven. En dit allemaal ten goede van onszelf.
Maar tegelijkertijd laat parasha Ekev ook zien dat er een fundamenteel probleem is. Het dienen met geheel het hart en geheel de ziel is nog niet zo gemakkelijk. Het probleem zit diep. De Eeuwige noemt het volk zelfs halsstarrig (o.a. Deut. 9:13). En parasha Ekev leert ons ook dat kleine oorzaken grote gevolgen kunnen hebben. En daarom roept Mozes op tot de besnijdenis van het hart. Maar is dat wel iets dat je zelf kunt bewerkstelligen? Of is het iets dat je moet toelaten te gebeuren?
In het gedeelte uit Lukas lezen we over de gehoorzaamheid van Jezus. De verzoekingen van de duivel weet Hij tot driemaal toe te weerstaan met aanhalingen uit het boek Deuteronomium. Hij hield stand, met enorme consequenties. U en mij ten goede.
Presentatie: Tony Jurg