Het licht is voor den rechtvaardige gezaaid, en vrolijkheid voor de oprechten van hart. (PSALM 97:11). Het eerste wat de Eeuwige deed, was het brengen van licht in de duisternis. Orde in de chaos.  Licht is nodig om onze weg te gaan. Om te leven. Om onze plaats te bepalen.

De parasha begint met het ontsteken van de lampen op de gouden kandelaar. Aaron, de Lichtbrenger, verheft de lampen. Het licht op de lampen komt van de overzijde en schijnt tot aan de andere kant. Het schijnt in ons gezicht en zet ons leven in het licht van God.

Aaron wordt zo een getuige van het licht. Dat is het thema van dit leerhuis: getuigen van het licht.

Eerst gaat het over het ontsteken van het licht. Dan bestuderen we Num. 8:1-4. We zullen zien hoe het ontsteken van het licht, maar ook het werk van de kandelaar ons een profetisch gezicht geeft op het getuigenis van het Licht in deze wereld.

Daarna gaan we naar de twee getuigen van het licht. Dat lezen we in de Haftara, Zacharia 4. Het beeld van de kandelaar wordt uitgebreid met een oliekom. Daarin stroomt de voorraad olie die geperst wordt uit de zonen van de olie.

Die getuigen komen we ook tegen in Openbaring 11. Dan gaat het over het volbrengen van het getuigenis.

Dankzij de rijkdom in de eerste twee punten, zal ik het derde punt – de bespreking van Openbaring 11 – bewaren voor de dienst in gemeente Shamar op 18 juni a.s.

Uitzending
Iedere vrijdag 21:00 uur

Herhalingen
zaterdag   02:00, 10:00 uur en 19:00 uur
zondag     02:00 en 09:00 uur
maandag  02:00 uur

Shalom,

Presentatie:  Anco van Moolenbroek

EN / NL/ עב