Er heerst nu een gespannen stilte na de anti-tankraketten die door Hezbollah vanmiddag op een IDF basis zijn afgevuurd. De aanval is door de IDF beantwoord met 100 bommen en granaten waarbij het team dat de raketten afvuurde is geraakt.
Vanmiddag kort na 16:15 uur heeft Hezbollah in een – wat de IDF beschouwt als – ’tactisch incident’ verscheidene anti-tankraketten op Israëlisch grondgebied afgevuurd vanuit het zuiden van Libanon. Twee à drie daarvan hebben hun beoogde doel geraakt – de legerbasis nabij het stadje Avivim, maar daarbij is niemand gewond geraakt alhoewel Hezbollah claimt dat daarbij doden en gewonden zijn gevallen. Volgens de laatsten was een Israëlische militair voertuig verwoest waarbij alle inzittenden waren omgekomen of gewond.
Een IDF woordvoerder zei, dat het ging om een pantservoertuig genaamd Ze’ev dat acht personen kan vervoeren, maar dat die al een half uur leeg was. Het voertuig is inderdaad verwoest en er is schade aan de legerbasis, maar er zouden geen slachtoffers zijn gevallen. Echter, twee militairen waren na de inslagen overgevlogen naar Haifa’s Rambam Medical Center, waar ze direct weer werden ontslagen. Het bleek later om een staaltje psychologische oorlogsvoering te gaan, om Hezbollah te doen denken dat ze slachtoffers hadden gemaakt. De ‘slachtoffers’ waren namelijk twee poppen.
De aanval kwam verwacht; Hezbollah had zaterdagavond in een video aangekondigd dat men in Israël repressailles moest verwachten en hadden daarbij zelfs laten weten dat die vanuit Libanon zouden komen. Hezbollah beweert nu dat dit incident een vergelding is voor de preventieve aanval van Israël vorig weekend, toen o.a. Hezbollah-terroristen op het punt stonden een massa-aanval van killer-drones uit te voeren.
De IDF heeft met artillerievuur en gevechtshelikopters de aanval beantwoord en op het zuiden van Libanon nabij de grensstad Maroun al-Ras. Eerder op de dag had Israëlische bevolking in het noorden van het land al extra militaire activiteiten waargenomen met soldaten die wegversperringen plaatsten en een groot aantal vliegtuigen die overvlogen. De extra ‘militaire activiteiten’ hadden brand op een stuk land in het betwistte grensgebied veroorzaakt, maar volgens de IDF ging het om een gecontroleerde brand.
Na de aanval van Hezbollah heeft de IDF dorpen en steden op een afstand van vier kilometer van de Libanese grens opgeroepen hun schuilkelders open te stellen. Tevens werd de bevolking opgeroepen om niet in de buurt van de grenshekken te komen (ook niet om het land te bewerken i.v.m. de oogst) of te rijden over de hoofdwegen in open gebieden.
De Libanese minister-president Saad al-Hariri heeft daarna met de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo en de senior Franse diplomaat Emmanuel Bonne gebeld om Washington, Parijs en de internationale gemeenschap te verzoeken om “tussenkomst gezien de ontwikkelingen aan de zuidgrens van Libanon”, laat de Libanese staatskrant National News Agency weten.
Ook UNIFIL commandant en hoofd van de missie aldaar generaal-major Stefano Del Col staat in contact met beide zijden, hun manend tot maximale terughoudendheid en alle activiteiten te staken die de vijandigheden weer zouden doen oplaaien.
Hoewel het incident vanmiddag tussen Hezbollah en de IDF slechts een krachtmeting lijkt te zijn geweest waarbij met Netanyahu’s woorden “Israëli’s geen centje pijn hebben geleden” blijft de IDF in hoogste staat van paraatheid.