Vrees niet, zoals ik bij jou ben; Ik zal je nakomelingen uit het Oosten halen, en uit het Westen zal ik je verzamelen. Ik zal tegen het Noorden zeggen: ‘Geef’, en tegen het Zuiden: ‘Wees niet achterhoudend; breng Mijn zonen van verre en Mijn dochters van de uiteinden van de aarde.” Alles wat naar mijn naam wordt genoemd, en voor mijn eer heb ik het geschapen, ik heb het gevormd, waarlijk, ik heb het gemaakt. (Jesaja 43:4-7)

Deze verzen gebeuren nu

Ik schrijf deze woorden vanuit mijn huis in Bet Shemesh, ongeveer dertig minuten rijden van Jeruzalem. In mijn flatgebouw bevinden zich Joodse gezinnen die vanuit de Verenigde Staten, Ethiopië, Marokko en Rusland naar Israël zijn gekomen. Een van mijn buren aan de overkant komt uit India. Mijn dochter is getrouwd met een geweldige jongeman wiens familie uit Jemen komt. Dit is Israël ten tijde van de inzameling van de ballingen.

Denk daar eens over na. Deze verzen in Jesaja 43 zijn de dagelijkse realiteit van het leven in Israël. Eenvoudigweg. Geen commentaar nodig. In deze verzen beschrijft Jesaja mijn buurt en familie. Hij spreekt over de natie Israël die terugkeert naar ons land vanuit het Oosten (mijn Indiase buurman), het Westen (mijn familie en onze andere buren van Amerikaanse afkomst), het Noorden (Rusland) en het Zuiden (Jemen). En ik ben niet uniek. Helemaal niet. Mijn ervaring is de ervaring van allen die Israël hun thuis noemen. Wij leven in Bijbelse tijden.

Een non-sequitur?

Maar hoe zit het met het derde couplet in deze reeks?

 

Het is mogelijk dat u de juiste keuze maakt:

Allen die verbonden zijn met mijn naam, die ik heb geschapen, gevormd en gemaakt voor mijn glorie –  

All who are linked to My name, Whom I have created, Formed, and made for My glory

KOL ha-nik-RA bi-SHE-mi v’-likh-vo-DEE b’-ra-TI-yo, y’-tza-RTI-yo af-a-see-TI-yo.

כֹּל הַנִּקְרָא בִשְׁמִי וְלִכְבוֹדִי בְּרָאתִיו יְצַרְתִּיו אַף־עֲשִׂיתִיו׃

Jesaja 43:7

Wat is het verband tussen dit vers en de verzen die eraan voorafgaan? Voor een grotere context wijs ik erop dat hoofdstuk 43 geheel gaat over de inzameling van de ballingen van Israël. Dit vers, een algemene uitspraak over Gods schepping van alle dingen, lijkt misplaatst.

Om deze vraag te beantwoorden, moeten we eerst begrijpen wat dit vers ons op zichzelf precies vertelt.

 

“Naam” en “Eer”

God zegt dat alles wat Hij schiep, vormde en maakte, gemaakt werd met het doel van Zijn ‘glorie’ of ‘eer’. Hij verwijst naar “allen die verbonden zijn met mijn naam.” Gods ‘naam’ – sjem, in het Hebreeuws, en ‘eer’ – kavod – worden in de Bijbel vaak gecombineerd. (zie Maleachi 2:2, Psalm 29:2, Psalm 66:2, Psalm 72:19, Psalm 79;9, Psalm 96:8, Psalm 115:1, Nehemia 9:5, 1 Kronieken 16:9)

 

Het verband tussen deze twee woorden is logisch. ‘Naam’ verwijst naar het feit dat mensen weten wie God is. Als iemand onbekend is, heeft hij of zij functioneel geen naam. Hun naam wordt nooit gebruikt. ‘Eer’ is natuurlijk het product van het bewustzijn van een of andere grote daad of eigenschap. De definitie van eer is de eer die wordt gegeven door anderen die zich ervan bewust zijn. Als niemand weet wat je hebt gedaan, is er geen eer.

 

Samenvattend: een naam betekent dat anderen weten wie je bent. Eer betekent dat anderen weten wat je hebt bereikt. Beide woorden impliceren kennis van anderen.

 

Wat God in ons vers zegt, is dat alles in de schepping geschapen is om slechts één doel te dienen: om eer en glorie aan God te geven; om mensen bewust te maken van Zijn grootheid. De Joodse wijzen interpreteerden dit vers 2000 jaar geleden precies op deze manier.

 

Wat de Heilige Gezegende ook in Zijn wereld heeft geschapen, hij heeft alleen voor Zijn eer geschapen, zoals er wordt gezegd: “Allen die verbonden zijn met Mijn naam, die Ik heb geschapen, gevormd en gemaakt voor Mijn eer” (Jesaja 43:7) – Misjna Avot 6:11

 

Dus waarom staat dit vers hier?

De drie werkwoorden ‘geschapen’, ‘gevormd’ en ‘gemaakt’ verwijzen elk naar een ander stadium van de schepping.

‘Geschapen’ verwijst naar de initiële creatie van materie, het ontstaan van de fysieke realiteit tot bestaan. In feite is het dit Hebreeuwse woord dat in het eerste vers van de Bijbel wordt gebruikt: “In het begin schiep God de hemel en de aarde” (Gen. 1:1).

“Gevormd” verwijst naar de vorming van alle verschillende details van de schepping, mineralen, planten, dieren, enz.

“Gemaakt” verwijst naar de voltooide schepping. Het is dit werkwoord dat wordt gebruikt in het laatste vers van het scheppingsverhaal, het laatste vers van Genesis 1. “En God zag alles wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed” (Gen. 1:31).

 

Dus, wat is de betekenis van dit vers in de context, hier in Jesaja 43?

Zoals hierboven vermeld is het onderwerp van dit hele hoofdstuk de verlossing en verzameling van het Joodse volk uit hun verspreiding over de hele wereld. Nadat de openingsverzen deze inzameling beschrijven, verklaart het hoofdstuk dat allen die getuige zijn van deze grote inzameling God zullen herkennen en weten dat Hij de enige God is.

Het volk Israël heeft enorm geleden onder de ballingschap. We kunnen ons afvragen: waarom deed God dit? Waarom ons verstrooien naar de vier hoeken van de aarde, toestaan dat we eeuwenlang vervolgd worden, om ons vervolgens te verlossen en terug te brengen naar ons thuisland? Waarom laten we ons niet gewoon waar we begonnen zijn? Wat is de zin van dit lange verhaal van ballingschap en verlossing?

Het punt van dit vers is om ons eraan te herinneren dat er één doel is voor alles wat er op aarde gebeurt. De volledige boog van de geschiedenis, van begin tot eind, is slechts voor één doel bedoeld; om Gods naam over de hele wereld bekend te maken en Hem te eren. In feite is dit de reden dat de wereld, en alles daarin, werd geschapen, gevormd en gemaakt.

Het Joodse volk werd uitgekozen om te dienen als voertuig voor Gods eer in de wereld. God gebruikt het verhaal van de ballingschap en de uiteindelijke verlossing van Israël als een instrument om Zijn grootheid aan iedereen te tonen. En dit is het doel van de schepping.


Datum: 7 april 2024

Schrijver: Rabbi Pesach Wolicki

Bron: The True Purpose of Creation – The Israel Bible

EN / NL/ עב