Nog steeds actueel!
De Perzische koning Ahasveros houdt één van zijn drankfeesten in zijn burcht Shushan waarbij hij zijn vrouw, koningin Vashti laat halen om met alleen een kroon op naakt voor hem en zijn feestgangers te dansen. Daar heeft ze geen zin in en dus komt ze niet opdagen, tot woede van de koning. Eén van zijn adviseurs raadt hem aan om Vashti te dumpen omdat anders alle vrouwen in het Perzisch rijk hun man ongehoorzaam zullen zijn, naar het voorbeeld van Vashti. En zo verdwijnt ze van het toneel.
Dan raden de adviseurs van de koning hem aan om een wedstrijd uit te schrijven: wie is het mooiste meisje van het rijk, diegene mag de nieuwe vrouw worden van Ahasveros. Esther wordt met andere mooie meisjes uitgekozen om in een programma mee te doen dat een jaar zal duren. Ze zal wonen in de harem in het paleis en zich voorbereiden met schoonheidsmiddelen voor de grote ontmoeting met de koning. Daar verwerft ze de gunst van iedereen met haar looks en charme, waarmee ze zelfs de koning verrast en ze wordt de nieuwe koningin. Er zit vier jaar tussen het genoemde feest van de koning en Esthers eerste ontmoeting met hem.
Mordekhai, intussen, komt achter een complot van Bigthan en Theres, twee bewakers van de koning. Zij willen de koning ombrengen en Mordekhai vangt dit gesprek op. In een overlevering staat dat Mordekhai veel talen sprak, dat zijn bijnaam zelfs Bilshan בִּלְשַׁן is (deze naam is een verwijzing naar: taal of spraak, bê lashon בְּלַשֹׁן). De twee bewakers zouden uit Tarsis, Spanje, zijn gekomen en dus over dit complot spreken in hun eigen taal, maar Mordekhai is deze taal ook meester en kan dit gesprek zodoende aan Esther doorvertellen, die op haar beurt weer de koning waarschuwt. Zo wordt het kwaad over de koning afgewend en de twee worden opgehangen. Deze geschiedenis komt in de kronieken van koning Ahasveros terecht.
Intussen is de slechte Haman eerste minister geworden in het koninkrijk, hij is blijkbaar nogal een opgeblazen kereltje en hij vindt dat iedereen voor hem moet buigen wanneer hij passeert. Wie is deze Haman: hij is een Agagiet, de nakomeling van Amaleq, welke uitgeroeid had moeten worden, maar gespaard is door koning Saul in 1 Samuel 15:8.
Mordekhai, die dagelijks naar de welstand van Esther komt vragen, weigert voor Haman te buigen. De vraag waarom Mordechai niet buigt voor Haman houdt de Joodse gemoederen in de commentaren bezig. In het Jodendom is het belangrijk om iemand in een hogere positie eer te brengen, dus waarom doet Mordechai dit dan niet? Het meest bevredigende commentaar zou kunnen zijn dat Haman waarschijnlijk kleding heeft gedragen waarop de afbeelding van een afgod is geweest. Daar buigt Mordechai niet voor.
Hoe dan ook, deze weigering maakt Haman zo kwaad dat hij, wetende dat Mordekhai Joods is, meteen maar een aanslag op alle Joden wil plegen. Zo werpt hij het lot, pur פּוּר en de moordaanslag op alle Joden in de 127 gewesten van het Perzische rijk, komt te vallen op de 13e van de twaalfde maand, de maand Adar. De onnozele koning Ahasveros vindt dit goed en zo worden brieven naar alle gewesten gestuurd met daarin de opdracht om alle Joden te verdelgen en hun buit te roven… Er is een jaar de tijd om dit alles voor te bereiden, daar Haman het lot wierp in de eerste maand Abhibh.
Terwijl Haman en Ahasveros erop drinken, is de burcht Shushan in rep en roer, de Joden die er wonen, kermen en gaan in zak en as, volgens het voorbeeld van Mordekhai. Esther weet hier niets van en probeert in eerste instantie om Mordekhai weer gewone kleren te laten aantrekken, wat hij weigert. Het volgende gesprek tussen hen, met een kamerling als intermediair, levert prachtige uitspraken op. Mordekhai zegt verbolgen – en daaruit blijkt ook zijn grote geloof in God: ‘Denk maar niet dat jij ontkomen zal, meer dan andere Joden, zo zal aan de Joden op een andere manier verlossing komen, maar dan zal jij met je vaders huis omkomen.’ En vervolgens zijn cruciale uitspraak: ‘En wie weet of gij niet met het oog op deze dingen de koninklijke waardigheid hebt verkregen.’ Daarop geeft Esther de opdracht tot drie dagen en drie nachten vasten op eten en drinken zodat ze hopelijk ongenood bij de koning mag komen zonder daarvoor haar leven te verliezen, ze doet daarbij de onvergetelijke uitspraak: ‘Kom ik om, dan kom ik om.’ Na de drie dagen gaat ze naar de koning…
In die vastentijd komt Haman weer langs Mordekhai, die in de poort zit en hem opnieuw geen eer bewijst door voor hem op te staan. Maar hij is waarschijnlijk amechtig van dorst en slap van honger… Woedend is Haman en thuis vertelt hij het allemaal tegen zijn vrouw, die hem aanraadt om een galg van vijftien meter hoog te plaatsen waar Mordekhai eens aan zal worden opgehangen.
Er speelt heel veel tegelijkertijd en de geschiedenis leest als een spannend verhaal: de koning kan niet slapen en leest in de Kronieken dat Mordekhai het was die hem redde van de aanslag van zijn twee bewakers. Hij beseft dat Mordekhai nooit daadwerkelijk is bedankt hiervoor en hoe bizar is het als hij uitgerekend aan Haman vraagt wat men moet doen aan iemand die de koning wil eren. Haman, die denkt dat dit allemaal voor hem zal zijn, loopt in een val die geen mens kon bedenken. Alles wat hij noemt aan eerbewijzen moet juist híj bewijzen aan de door hem zo gehate Mordekhai, geweldig!
Tijdens deze gebeurtenis is Esther gelukkig toegelaten tot de koning en zelfs zegt hij dat ze mag kiezen wat ze wil, al is het zijn halve koninkrijk (heeft hij misschien weer teveel op?). Esther nodigt hem en de slechte Haman uit voor haar banket, met wijn natuurlijk, want dat lijkt te werken. Haman herstelt zich van zijn vernedering en is trots dat hij samen met de koning op het wijnbanket mag komen, alleen hij.
Wanneer de koning vraagt wat Esther wil, al was het opnieuw zijn halve koninkrijk, lijkt het wel of Esther aarzelt om de grote mededeling over Haman te doen en tijd te winnen door hen beiden ook voor de volgende dag uit te nodigen voor een wijnbanket. Wat haar reden ook is, het percentage alcohol stijgt gedurig bij beide mannen.
Op dit tweede wijnbanket gaat de kogel door de kerk: Esther maakt zich als Jodin bekend en zegt dat iemand haar volk wil uitroeien. Op de vraag van de koning wie dit dan wel is, wijst ze Haman aan. Woedend is de koning, hij loopt de tuin in om zich te kunnen beheersen en Haman stort zich aan het rustbed van Esther om voor zijn leven te smeken, De koning komt terug en ziet dit aan voor een poging tot aanranding. Haman wordt uiteindelijk opgehangen aan de paal die hij eigenlijk voor Mordekhai had opgericht. Wie een kuil graaft voor een ander…. Ook zijn tien zonen worden opgehangen, zijn nageslacht wordt uitgewist, zoals veel eerder in de geschiedenis al met Amaleq, zijn voorvader, had moeten gebeuren.
De gebeurtenissen volgen elkaar snel op, Mordekhai wordt voorgesteld als de neef van Esther en krijgt de plaats van Haman, Esther krijgt diens huis en Mordekhai, de nieuwe onderkoning, wordt met ontzag bejegend door het gehele rijk. Brieven worden met spoed uitgestuurd naar alle 127 gewesten, van India tot Ethiopië, van schrift tot schrift en van taal tot taal, vandaar waarschijnlijk dat Mordekhai als linguïst wordt gezien in de Haggadah. De Joden worden daardoor gespaard en zelfs is daar de opdracht om alle Jodenhaters om te brengen zodat de Joden ook in de toekomst veilig kunnen wonen in het gebied. In de burcht Shushan worden honderden Jodenhaters gedood over de periode van twee dagen: de 13e en de 14e Adar. Alsnog worden hier nakomelingen van Amaleq volgens de opdracht van God in Exodus 17:14 gedood.
In de rust die op deze gebeurtenissen volgt, schrijven Esther en Mordekhai opnieuw brieven naar de gewesten, ditmaal om de Joden van hun vrede te verzekeren en om hen de opdracht te geven om de 14e Adar jaarlijks als Feest te vieren. In het boek Makkabeeën wordt de 14e Adar de Dag van Mordekhai genoemd (2 Makk. 15:37). Er komt nog een tweede dag bij om dit Feest te vieren: de 15e Adar, de dag erna. In het ommuurde Shushan vierde men het feest speciaal op de 15e en vandaar dat alle ommuurde steden tot op de dag van vandaag dit feest ook op de 15e vieren en met verve; men geeft volgens de opdracht van Mordekhai geschenkjes aan elkaar: voedsel en drank en voor de armen ook geld.
Datum: 13-03-2025
Auteur: Karen Strijker
Afbeelding: gecreëerd met open AI